Start Omhoog

Citaten uit

Slaven en andere dieren

Peter Singer en Paul Cliteur over de mogelijkheden van een Internationaal Gerechtshof voor Dierenrechten

Erno Eskes, in: Filosofie Magazine, januari 2002

Bij zijn benoeming tot ambassadeur van de Stichting Varkens in Nood hield de Leidse rechtsfilosoof Paul Cliteur een pleidooi voor het opstellen van een Universele Verklaring van de Rechten van het Dier. Hij legde het plan op 15 december in het Amsterdamse Paradiso voor aan de Australische ethicus Peter Singer, godfather van de dierenbeweging. Een gesprek over absolute en relatieve dierenrechten, over de mogelijkheid van een Internationaal Gerechtshof voor Dierenrechten en over de noodzaak van een interventiemacht om de bonobo te redden.

Een Internationaal Gerechtshof voor Dierenrechten?

Cliteur: 
Ik vind dat we moeten kijken of rechten die staan vermeld in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens ook voor bepaalde niet-menselijke dieren gelden. Dieren horen bepaalde rechten te hebben en het recht om niet gemarteld te worden is daarvan een voorbeeld. Het is voor niet­ menselijke dieren zelfs eerder absoluut en universeel dan voor mensen.

[...]

Ik denk dat het goed is om een Universele Ver klaring van de Dierenrechten op te stellen waarin we deze rechten vastleggen. Op termijn kunnen we ook een Internationaal Gerechtshof voor Dierenrechten installeren.

Singer: 
In grote lijnen onderschrijf ik dit idee. Maar Cliteur loopt misschien iets te hard van stapel. Zijn ideaal staat te ver af van de praktijk en zou wel eens niet haalbaar kunnen blijken.

Discriminatie op basis van soort speciësisme is nog alomtegenwoordig.

[...]

Peter Singer & speciësisme

In 1975 publiceerde Peter Singer Animal Liberation. Het boek, dat in  tientallen talen ver scheen, leverde een filosofische onderbouwing van de opkomende dierenbeweging.

Dieren die pijn voelen of plezier beleven, hebben belangen, redeneert Singer. Deze belangen moeten mee gewogen worden in de beslissingen die wij als mens voor de dieren ma ken. Hieruit volgt dat het eten van varkens, kippen en koeien ongepast is, vindt Singer, omdat er voldoende ander voedsel beschikbaar is; voedsel dat zonder leed geproduceerd, kan worden.

In Animal Liberation maakt Singer een verge lijking tussen de onder­ drukking van dieren en de eerdere onderdruk king van slaven. De slaaf wordt gediscrimineerd op basis van zijn huidskleur, het dier wordt achtergesteld op grond van het feit dat hij tot een ander soort behoort. Het eerste heet racisme, het tweede noemt Singer 'speciësisme'. 

Singer vindt overigens niet dat alle dieren gelijk zijn en gelijk behandeld moeten wor den. Hij stelt alleen voor om te zoeken naar zinvollere criteria voor ons gedrag jegens dieren, dan bot speciësisme. Hierbij wijst hij bijvoorbeeld op de vraag of het dier in kwestie pijn kan lijden en of het zich bewust is van zijn leven. Zodra een van deze dingen het geval is, hoort het bepaalde rechten te heb ben.

 Ik denk al met al dat het verstandig is om de kloof tussen mens en dier te overbruggen. Daarom hebben Paola Cavalieri en ik in 1993 een declaratie opgesteld met daarin de rechten van primaten. Maar ik wil eigenlijk nog verder gaan. Het verbod op martelen zou bijvoorbeeld een universeel recht voor alle dieren moeten zijn. 

[... ...]

Zou het zinvol zijn om, zoals Cliteur schetst, een apart gerechtshof te vormen voor dierenrechten, wellicht zelfs op het niveau van de Verenigde Naties?

[...]

Cliteur: 
[...]
Zo'n apart hof is nodig, want dierenrecht is een zaak van specialisten. En ik denk trouwens ook dat het strategisch van belang is om een internationaal hof te installeren. Daar gaat een grote uitstraling van uit.

Singer: 
[...]
[A]ls het gaat om dieren rechten, dan ontbreekt de nationale wetgeving vaak.

Cliteur: 
Een internationaal ge rechtshof kan er juist voor zorgen dat de nationale wetgeving snel verbetert.

[...]

Singer: 
Natuurlijk zou ik het ook prachtig vinden als er zo'n officiële Universele Verklaring van de Rechten van het Dier komt.

[...]

Vooral ook omdat de regeringen van de West-Afrikaanse landen het afschieten van apen wel strafbaar hebben gesteld, maar er niets aan doen om de wetten ook uit te voeren.

[...] We hebben behoefte aan een codex. Welke rechten moeten we sowieso vastleggen? Een verbod op marteling van dieren is genoemd, maar wat zou er nog meer in moeten staan? 

Singer: 
Ik ben het met Cliteur eens dat ook het recht op bewegingsvrijheid gegarandeerd moet worden. Het is van belang dat elk dier binnen bepaalde grenzen vrijelijk kan bewegen. De meeste die ren die onder toezicht van mensen staan, hebben niet eens een mini male bewegingsvrijheid. Ze kunnen niet naar buiten, zien zelden of nooit een weiland, en staan vaak in veel te kleine kooien of stallen.

[...] Kunnen we daaraan toevoegen dat ieder dier een recht op leven heeft, tenzij het gedood moet worden uit zelfverdediging? 

Singer: 
De eerder genoemde rechten niet gemarteld worden en bewegingsvrijheid kun je misschien geaccepteerd krijgen op een Europees of internationaal niveau, om dat de tijd daar nu rijp voor is.

Jeremy Bentham over dierenrechten (1189)

'Eens komt de dag waarop ook de rest van de dierlijke schep selen die rechten verwerven die ze tot nu toe door tirannie zijn onthouden. De Fransen hebben al ontdekt dat het zwart van een huid geen reden is om een mens zonder pardon aan de wreedheid van de folteraar over te leveren. Eens zal er kend worden dat ook het aantal benen, de beharing van de huid of de lengte van het heiligbeen niet voldoende is om een wezen met gevoel aan een vergelijkbaar lot over te laten. Wat er is dan nog dat de "onoverkomelijke grens" kan mar keren? Het vermogen van de rede, of misschien het spraak vermogen? Maar een volwassen paard of hond is een onver gelijkbaar rationeler en communicatiever dier dan een zuige ling van een dag, week of maand. En zelfs als dit niet het ge val was, wat zou dat dan uitmaken? De vraag is niet "Kunnen ze redeneren?", noch Kunnen ze spreken?"", maar Kunnen" ze lijden?".'

Jeremy Bentham in een voetnoot bij zijn An Introduction to the Principles of Morals and Legislation (1 789).

Men krijgt door dat de intensieve veehouderij niet deugt. Maar als je een algeheel verbod op het doden van dieren voorstelt iets wat heel mooi zou zijn en wat ik persoon lijk wel zou steunen dan praat je in feite over het afschaffen van de totale vleesindustrie. Dat is politiek gezien niet haalbaar.

[...]

Moeten we niet een onderscheid maken tussen de absolute rechten (het recht om niet gemarteld worden en het recht op bewegingsvrijheid) en de relatieve rechten, zoals het recht op leven? Dat relatieve recht geldt alleen onder bepaalde condities en is dus niet in een codex te vatten.

Cliteur: 
Op ter mijn zou je die zaken ook wettelijk moeten regelen. Er moet bijvoor beeld een wet zijn die een zekere mate van privacy voor dieren regelt en die ze het recht geeft op een goede verzorging. Maar ik denk niet dat je deze rechten in een declaratie moet zetten, omdat je de declaratie uitholt door er dingen in te zetten die niet elk land kan uitvoeren. 

Singer: 
[...]
Ik denk [...] dat we pragmatisch moeten blijven en voorlopig alleen de eerder genoemde afweerrechten, die absoluut gelden, in een declaratie moeten zetten.

[...]

Regimes die mensenrechten schenden verdedigen zich door deze rechten te typeren als een 'typisch westerse uitvinding'. Zal dit met de dierenrechten ook gebeuren? 

Cliteur: 
Het feit dat bepaalde rechten in een zekere cultuur worden uitgedacht, wil niet zeggen dat ze geen universele betekenis hebben. De wet van de zwaartekracht werd geformuleerd in Engeland, maar daarmee is het nog geen Engelse wet. Die wet geldt hier ook.

Singer: 
Bovendien moet je constateren dat dierenwelzijn in meer culturen belangrijk wordt gevonden. In de boeddhistische traditie speelt het zelfs een grotere rol dan hier in de christelijke traditie. 

Zijn er argumenten voor dierenrechten te vinden die zo logisch zijn dat ze alle culturele barrières kunnen over stijgen?

Singer: 
Ik denk dat je wel kunt aantonen dat het onlogisch is om mens en dier volgens verschillende standaarden te beoordelen. Ik zou zeggen: we zijn allemaal dieren, al zijn niet alle dieren gelijk aan elkaar.

[... ... ...]

Cliteur: 
[...]

Maar een ding is duidelijk: wij, de menselijke diersoort, zijn de morele politie. Wij hebben het vermogen om erover na te denken en ernaar te handelen. Uiteindelijk zal dat er ook een keer toe moeten leiden dat er nationale wetten en internationale verklaringen worden opgesteld waarmee dieren basale rechten krijgen. Het is zoals Jeremy Bentham zei: 'Eens komt de dag.' 

Paul Cliteur & Varkens in nood

De Leidse filosoof Paul Cliteur werd op 15 december aange steld als 'ambassadeur van de Stichting Varkens in nood'. Hij volgt Robert Long op in deze functie. 

Cliteur is met name be kend van zijn columns in dagbladen en in het tv-programma het Buitenhof. Hij is hoogleraar filosofie in Leiden en doceert ook in Delft. Verder is Cliteur adviseur vande VVD. 

Afgelopen maand publiceerde hij Darwin, dier en recht, waarin hij aan­ haakt bij het werk van Peter Singer, maar ook bij Arthur Scho penhauer.

Cliteur wil de komende tijd werken aan een decla ratie van dierenrechten en aan het bewerkstelligen van een internationaal gerechtshof voor dierenrechten.

De bijeenkomst in Paradiso werd ge organiseerd door Varkens in nood en Filosofie Magazine, in samenwerking met uitgeverijen 't Spectrum en Boom. Van Peter Singer verscheen afgelopen maand Een ethisch leven bij 't Spectrum. Uitgeverij Boom publi ceerde Singers Darwin voor links en Cliteurs Darwin, dier en recht.

 

Start Omhoog