Drie artikelenvertaald uit Sunday Times, Het waarschuwen voor enge mannen verdient kritiek'Stranger danger' warning to young - draws criticism Kinderen van twee jaar zou je al de eerste beginselen van persoonlijke veiligheid moeten aanleren, zoals het nooit praten met vreemden, aldus de boodschap van een welzijnsinstelling gisteren in deze krant. In een campagne die het gevaar van enge mannen (stranger danger) moet belichten adviseert de NSPCC ouders jonge kinderen nooit alleen in de auto achter te laten - zelfs niet voor enkele minuten - en om kinderen onder de acht nooit toe te staan alleen buiten te spelen. Dit initiatief is precies gepland in het begin van de zomervakantie. De organisatie doet ook een beroep op iedereen om een oogje in het zeil te houden als kinderen buiten spelen en om de politie of de kinderbescherming te bellen als ze iets verdachts zien.
Paranoïde ouders ontnemen kinderen de vrijheid om te spelenParanoid parents 'denying children freedom to play Kinderen wordt de mogelijkheid onthouden om te spelen zoals de vorige generaties met plezier deden, vanwege overdreven angst van hun ouders, aldus een deze week gepubliceerd onderzoek. Een overmatige angst voor vreemden, zorgen over het verkeer en het niet toestaan van wat dan ook met enig risico zorgen voor een ongekende mate van over-bescherming. Een advies inzake de veiligheid van kinderen van de NSPCC gisteren in deze krant was aanleiding tot een andere bezorgdheid, namelijk dat kinderen opgroeien tot afhankelijkheid en zonder de sociale vaardigheden die zij opdoen in het spelen met elkaar. Onder het kopje "De NSPCC waarschuwt voor risico's voor kinderen" startte de welzijnsorganisatie een campagne die kritiek opriep bij andere organisaties omdat men de ouders met angsten opzadelt. Jim Harding, directeur van NSPCC, zei:
Andere organisaties uitten de zorg dat de NSPCC campagne olie op het vuur van de ouderlijke angst zouden gooien, de angst voor aanranding door vreemden, een angst die al grenst aan het irrationele. Het risico dat een kind vermoord wordt door een onbekende is heden ten dage niet groter dan eind zestiger jaren, toen de kinderen veelmeer de vrijheid hadden om te spelen. Een kind loopt veel meer risico op schade door de eigen gezinsleden dan door een onbekende. Per jaar worden ongeveer zes of zeven kinderen vermoord door een onbekende, maar er worden meer dan tachtig kinderen gedood door ouders, zorgverleners of bekenden van het gezin. De kans voor een kind tussen de een en de vier jaar om door een onbekende vermoord te worden is kleiner dan een op de miljoen en die kans is met een derde gedaald sinds 1988, terwijl de kans voor een kind van vijf tot vijftien jaar nog lager is. Tiffany Jenkins, een van de oprichters van Vrijheid voor het Gezin (Families for Freedom), welke groep campagne voert tegen de over-bescherming van kinderen, zei dat de NSPCC het reeds onjuiste beeld van de gevaren nog onjuister zou maken.
June McKerrow, directeur van de Stichting voor Geestelijke Gezondheidszorg (Mental Health Foundation), een welzijnsinstelling die onderzoek heeft gedaan naar het welzijn van kinderen, zei:
Tim Gill, directeur van de Raad voor het Kinderspel (Children's Play Council), dat er heel praktische stappen ondernomen kunnen worden om de veiligheid te verbeteren en om de ouders met een gerust hart de kinderen buiten te laten spelen.
De cijfers van verongelukte kinderen als voetgangers zijn de hoogste van West Europa. De laatste cijfets laten zien dat er in 1997 17.000 onder de vijftien ernstig verwond zijn door auto's bij het op straat spelen. van hen zijn er 133 overleden en duizenden liepen verwondingen aan hoofd en benen op. Er werden meer jongens dan meisjes overreden: 65 procent was een jongen. Wat onze kinderen echt nodig hebben is een beetje goedbedoeld stukje verwaarlozingDe boodschap van de nieuwe politiek is: vertrouw niemand, want niemand heeft vertrouwen in jou. Neem het volgende voorbeeld eens. Een man, midden in de dertig, voorzien van een baard en een beetje vuile spijkerbroek loopt achter twee kinderen van rond de acht jaar aan in een voorstadje. De kinderen hebben niet in de gaten dat zij gevolgd worden; net als ze rond zich heen gaan kijken duikt hij uit hun zicht een voortuin in. Het groepje gaat de hoek om. Wat zie je hier? Een mogelijke kinderaanrander die zijn volgende slachtoffertje sop het spoor is? In werkelijkheid was het mijn buurman die zijn kinderen stilletjes achterna liep toen deze voor het eerst alleen naar de winkel om de hoek mochten, om er zeker van te zijn dat zij de straat veilig overstaken. Wij ouders gaan gebukt onder een last van zorgen over onze kinderen in deze moderne wereld van verkeersongelukken, kinderontvoeringen en -moorden, en zorgeloze of zelfs gewelddadige kinderoppassers. geen wonder dat een betrokken vader zijn kroost volgt als het de hoek om gaat. geen wonder dat de moeders de kinderen in hun vierwieler naar school rijden, nog net geen gepantserde voertuigen, intussen wel verantwoordelijk voor tweederde van de verkeersopstoppingen in de spitsuren in onze steden. Rapporten zoals de waarschuwingen tegen enge mannen (stranger danger), zoals die van gisteren van de NSPCC, gooien alleen maar olie op het vuur van de angst van ouders. De lijst van adviezen van de welzijnsorganisatie is in feite geheel bewust zo gekozen. Maar om elementaire veiligheidsmaatregelen voor kinderen te koppelen aan het aantal van zes kinderen dat per jaar door onbekenden vermoord wordt, is een brug te ver: van het gezonde verstand naar hysterie. We koersen zo af op een mentaliteit die in geen verhouding meer staat tot de wel reële gevaren. Het typisch Britse antwoord op het laten zien van een foto met een glimlachende bloot-borstige man met een klein kind, zoals deze aan mensen getoond werd in verschillende landen in het kader van een onderzoek, was dat dit wel een pedofiel moest zijn. Italianen zager er eerder vader en zoon in. Dit is het klimaat dat geleid heeft tot een volkomen serieus bedoeld voorstel om kleine kinderen van een label, streepjescode of chip te voorzien in de speelhoek van een supermarkt, daarbij gebruik makend van dezelfde techniek waarmee de voorraden op de schappen worden bijgehouden. De betreffende supermarkt geloofde echt dat ouders dit zullen verwelkomen, en dus in die winkel hun boodschappen zouden komen doen. Werkelijk, waar je ook kijkt, zie je nieuwe plannen om kinderen meer en scherper dan ooit in de gaten te houden. Elk uur van hun dag moet tevoren bekend zijn en onder toezicht staan. Op welk punt gaat deze obsessie om kinderen in de gaten te houden over van een begrijpelijke en verstandige zorg voor hun veiligheid over in een vorm van over-bescherming die hun vermogen om zichzelf te redden ondermijnt, of, erger nog, hun volledige controle van hun gedrag? Uiteindelijk was het idee van Jeremy Benthan over de perfecte gevangenis er een waar de bewaarders op elk moment de activiteiten van elke gevangene konden bespieden, als een kwaadaardige spin in het midden van zijn web. Ons idee om in toenemende mate de kindertijd onder controle te houden en te benutten verklaart de dwingende tendens om steeds vroeger en vroeger te beginnen met het aanleren van dingen. het kleuter- en basisonderwijs loppt het gevaar veranderd te worden in kennisfabrieken, waarin onze kleuters de productiemiddelen zijn, die de brokken leerstof omzetten in steeds groter nationaal product. De mensen die voor ze zorgen, gekozen door de ouders op basis van vertrouwen, zullen onderworpen worden aan een autoritair regiem van officiële inspecteurs. Inspecteurs van regeringswege zijn niet geliefd en zelfs niet gerespecteerd. De bureaucraat met macht over iemands baan is al te vaak een kleingeestige tyran. Dit neemt het idee van 'Vadertje Staat' (nanny state) wat al te letterlijk. Een werkelijk evenwicht mag natuurlijk wel bereikt worden. We moeten ervoor zorgen dat onze kinderen veilig zijn, we moeten hen goed opvoeden, en zorgen dat ze gelukkig zijn. De regering mag minimumeisen stellen aan kinderopvang. Ouders dienen verstandige goede raad aan te nemen. We moeten het voor lief nemen dat er ook minder goede ouders, verzorgers en andere mensen bestaan. Er kleven echter nadelen aan het zo minutieus reguleren van elk detail van het kinderleven ieder van ons die nu volwassen is heeft een heel wat vrijere jeugd gekend dan onze kinderen nu hebben. We gingen alleen naar buiten, we gingen alleen met de bus ergens heen, en we werden op veel jongere leeftijd al naar een winkel gestuurd. We kwamen in de problemen en zelfs in gevaar, maar wij leerden daar mee om te gaan. Nu proberen we onze kinderen hetzelfde te leren, maar tegelijkertijd behoeden we hen voor elk risico waar ze nu net mee moeten leren omgaan. Ik denk dat dit niet kan. Ervaring kun je niet aanleren. zij zullen er later toch mee om moeten gaan en zij zullen dit minder goed kunnen. Ik wil niet pleiten voor de harde leerschool, maar ik wil wel wijzen op het mislukken van elke poging om te ontkomen aan de keuze tussen het bieden van algehele veiligheid en het bieden van die ervaringen die hen leren zichzelf te beschermen. het is onvermijdelijk dat je als ouders niet alles voor je kinderen kunt doen. Eigenlijk is het beste uitgangspunt om hen veilig naar de volwassenheid toe te leiden waarschijnlijk dat van een goedbedoeld stukje verwaarlozing. In mijn tienertijd hield ik een notitieboekje bij waarin ik al de draconische wetten opschreef die ik zou invoeren om het land te verbeteren als ik het zou regeren. Gelukkig voor dit land, gaf ik mijn jeugdige ambitie voor een politieke loopbaan op. Maar ik heb toch wel sterk de indruk dat veel leden van de huidige regering net zo hard en streng waren in hun tienertijd en, erger nog, dat zij hun notitieboekjes hebben bewaard. De boodschap die de nieuwe politiek uitzendt is, net als de waarschuwingen voor enge mannen (stranger danger), dezelfde boodschap voor ouders en voor kinderen, namelijk: vertrouw niemand, want niemand stelt vertrouwen in jou. Wat een akelig en gevaarlijk land is Groot-Brittannië geworden. Een commentaar in de Sunday TimesNog maar net een week geleden liep ik terug van het
postkantoor, toen ik iemand hard om hulp hoorde roepen.
|