Citaten uitOpen brief aan 49 Marokkaanse Nederlanders
door Sylvain Ephimenco Deze boodschap aan u komt voort uit onbehagen en het intense verlangen om een negatieve spiraal te doorbreken. Dat mijn eerste zin precies overeenkomt met de eerste zin uit uw Manifest zult u me hopelijk niet kwalijk nemen. Hij geeft uitdrukking aan mijn eigen gevoel van onbehagen en mijn eigen verlangen om wat u de 'negatieve spiraal' noemt te doorbreken. Maar ik vrees dat de overeenkomsten tussen uw tekst en de mijne tot deze eerste zin beperkt zullen blijven. Het manifest 'Koerswijziging' [...] is uitsluitend gericht tot de autochtone bevolking van dit land, in het bijzonder tot de Nederlandse media. De tekst bevat een oproep om het accent in de berichtgeving over Marokkanen in Nederland te verleggen van negatief naar positief:[...] Maar het Manifest is ook een oproep aan de autochtone bevolking om een koerswijziging aan te brengen in haar attitude tegenover de Marokkaanse gemeenschap, een houding die volgens de tekst door onbegrip, vrees en eenzijdigheid wordt gekenmerkt: [...] Uw initiatief moet dus voornamelijk opgevat worden als een aansporing tot een open debat. Een lovenswaardige onderneming ware het niet dat al in de eerste paragrafen van het Manifest enkele verbazingwekkende contradicties staan. Zo betreurt u het dat in een tijd waarin dialoog cruciaal is, 'discussies worden vermeden.' Maar enkele regels verderop beklaagt u zich juist over een inflatoire toename van zulke debatten: [...] Hier raken we de kern van uw selectieve aanpak die van dit Manifest een zwakke en eenzijdige tekst heeft gemaakt. Wanneer de richting of de inhoud van het debat u niet zint, omschrijft u de discussies die u aanvankelijk zo node zei te missen ineens als 'vermoeiend'. En u diskwalificeert uw tegensprekers door hen als 'pseudo-kenners' te typeren. Het zou de lezer langzaam duidelijk moeten zijn: de 49 wensen niet over de oorzaken van het onbehagen te debatteren. Ze willen geen 'vermoeiende' (lees: kritische en confronterende) discussies over de verschillende elementen en gebeurtenissen die de berichtgeving in hun ogen een negatieve tint geeft, maar zouden die liever, als door toverij, rozig willen zien kleuren. [...] Blijft wel de duistere zijde.Een gebied dat nergens in uw manifest wordt verkend, maar angstvallig wordt gemaskeerd en dus ontkend. Hoe kunt u een algehele positieve diagnose van media en samenleving eisen als uzelf de zieke plekken weigert te benoemen? Als u met een grote bocht heenloopt om de bron van ergernis, angst en conflict? Ja, er is wel dat ene vale en vage zinnetje op een totale tekst van twee bladzijden: 'De realiteit is namelijk ook dat er problemen zijn, soms hardnekkig en vervelend.' Een zinnetje dat nergens wordt uitgediept of concreet gemaakt, maar twee paragrafen verderop alweer cynisch wordt ontkracht:[...] [...] Het is in de eerste plaats de in zichzelf gekeerde houding van een aanzienlijk deel van de Marokkaanse gemeenschap die niet tot eigen participatie aan de samenleving uitnodigt. In het politieke discours is dat 'de mislukte integratie' gaan heten. Hier aangekomen wil ik u graag een hand reiken. De oorspronkelijke schuld ligt inderdaad bij de autochtone bevolking en moet met name op het conto worden geschreven van politieke en intellectuele elites die zich jarenlang in een destructief cultuurrelativisme hebben gewenteld. [...] Maar de verantwoordelijkheid is ook gedeeld en niet alleen afhankelijk van de lengte van wachtlijsten. Zo dragen sommige oekazes die Marokkaanse imams soms uitvaardigen niet echt bij aan de integratie. 'Als men de kuffars (ongelovigen/Nederlanders) na-aapt in hun woorden, gedrag, moraal, democratie, kleding, tradities, cultuur en gewoontes, dan verlaat men de islam.' (Preek uit 'De imams van Amsterdam', Oussama Cherribi, mei 2000.) Veel dwingender en vernietigender voor de relatie tussen gemeenschappen en voor het imago van Marokkanen is de criminaliteit van vooral jongeren die het vreedzame leven van hele buurten verstoren. Je kunt dit tot een quantité négligeable relativeren waarvoor een minderheid verantwoordelijk is, maar de weerslag op de geesten en de samenleving is verwoestend. [...] Hoezo is dit voornamelijk aan de sociaal achterstand van deze jongeren te wijten? En waarom is dit gedrag op een dergelijke schaal niet bij Turkse jongeren terug te vinden? U weet net zo goed als ik dat dit ook een probleem van mentaliteit en cultuur is. Eind jaren negentig publiceerde antropoloog Frank van Gemert een onderzoek nadat hij drie jaar in de Rotterdamse wijken Bloemhof en Afrikaanderwijk had gewerkt: 'Het criminele gedrag van de Marokkaanse jongens ligt ook aan culturele factoren. Het wantrouwen is heel belangrijk. Alles is daarvan doordrongen, het is de grondhouding van de Marokkaanse jongeren. Dat werkt verlammend. Men denkt: ik niet, maar jij ook niet. Dat is ook jaloezie. Daardoor heeft de gemeenschap een groot probleem om gezamenlijk iets te bereiken. En jongeren zeggen: als je je kunt verrijken ten koste van anderen, moet je dat niet laten.' Laat ik over dit onderwerp één van de initiators en ondertekenaars van uw Manifest aan het woord laten. Ali Eddaoudi publiceerde in 1998 een boek over zijn jonge jaren als Marokkaans crimineeltje. [...] Volgens een interview dat hij vijf jaar geleden aan de Volkskrant gaf, heeft de mentaliteit van Marokkaantjes en hun deficiënte opvoeding zeker met hun gewelddadigheid en respectloosheid te maken: 'Marokkaanse jongens zijn heethoofden. Nederlanders willen altijd alles uitpraten, dat kunnen wij niet, hebben we nooit geleerd. Een Marokkaanse jongen slaat er meteen op, en als hij het niet meteen doet, doet ie later wat, molt ie je auto of zo iets. Het geheugen van een olifant, echt onvoorstelbaar.' [... D]it Manifest, dat om een koerswijziging smeekt, ademt nergens de wil om aan zelfkritiek en zelfonderzoek te werken. [...] Die vraag ik, omdat het in het eigen belang is van uw gemeenschap om met open vizier de zelf opgeworpen obstakels te lijf te gaan. [...] Waar zou dit gebrek aan introspectie, dat ook in uw tekst zichtbaar is, vandaan komen? Deze neiging om de schuld altijd bij de anderen te leggen? Misschien heeft dit met de schaamtecultuur te maken die zo kenmerkend is voor moslimlanden in Noord-Afrika. 'Want in een schaamtecultuur is het negeren of botweg ontkennen van wat werkelijk is gebeurd heel gewoon.' Schrijft Hirsi Ali. [...] Maar wellicht is de bijna-cultus van de complottheorie en het slachtofferschap bij Marokkanen ook debet aan dit verschijnsel van gebrekkig zelfonderzoek. Wel moet hier gezegd worden dat het Marokkaanse slachtofferisme is gevoed door het paternalistische beleid van de Nederlandse overheid, dat decennialang is gehandhaafd. Door uw Manifest uitsluitend op autochtonen te richten, wijkt u niet af van de traditionele houding die zo kenmerkend is voor die grote vogel met zijn soepele lange nek. [...] Hoe innoverend was een Manifest geweest van 49 Nederlands-Marokkaanse klokkenluiders die van hun eigen gemeenschap aandacht hadden gevraagd voor een waakzamer opvoeding van jongeren. Wat u in plaats daarvan heeft geconcipieerd, is een abstracte tekst die de lezer ervan perplex en met veel vragen achterlaat. Wat is het doel van dit geklaag? Het invoeren van positieve discriminatie in de berichtgeving of het toepassen van zelfcensuur door de media? Zelfs de aangezette liefdes- en loyaliteitsverklaring aan Nederland komt onhandig over: 'We zijn trots op onze verbondenheid met Marokko en haar historische en culturele rijkdommen. We zijn echter net zo trots op Nederland en het toekomstperspectief dat zij ons biedt.' Ik heb die zin twintig keer gelezen en kwam niet verder dan de volgende gedachte: is dit alles?
|