Citaten uitVaderen voor beginnersPeter Henk Steenhuis, Trouw 14 juni 2003 Henk Hanssen: Aan de vooravond van vaderdag bezocht redacteur Peter Henk Steenhuis de 'New Daddy Workshop'. Maar na een dag weet hij nog steeds niet wat een vader is, of het beter is om drie dagen te werken, hoe laat de kinderen naar bed moeten, en al helemaal niet hoe hij een luier moet ombinden. Enfin. Maar wat hij wel weet: hij is niet de enige. 'Omdat jij ze wilde, kreeg ik ze ook.' Deze uitspraak van Freek de Jonge schiet me te binnen als ik de eerste vraag lees die me gesteld wordt tijdens de 'New Daddy Workshop'. Maar Freek citeren, kan dat, hier, tussen allemaal vaders en aanstaande vaders die ,,wezenlijk geïnteresseerd willen zijn'', zoals uit de voorstelronde blijkt? [...] Peter Schoemaker, een van de trainers: ,[... Vaders praten niet makkelijk over de grootste verandering in hun leven, laat staan dat ze zich erop voorbereiden.'' Voor de eerste poep weten moeders al alles van luiers, van wiegjes, kinderwagens, kleertjes, kinderkamers, en van het nut en nadeel van borstvoeding. Zij voelen het gewroet binnen in zich en stellen zich de aanstaande bevalling voor, leren zelfs al hoe ze moeten ademen als de nood aan de man is. Vaders niet, zo houden de trainers de cursisten voor, vaders vallen onvoorbereid hun nieuwe bestaan binnen. [...] [... D]e trainers op de 'New Daddy Workshop' definiëren het vaderschap niet. Na de eerste vragenronde gaan ze wel kort in op de geschiedenis van het vaderschap. Daaruit blijkt het scharnierpunt in de geschiedenis van het vaderschap rond de industriële revolutie te liggen. Tot 1850 was vader de vertolker van het gezag, de raadgever, de kostwinner, de beschermer, en vooral: hij was thuis voor zijn kinderen. De industriële revolutie deed de man het huis uit trekken, geleidelijk ontwikkelde hij zich tot fabrieks- of kantoorslaaf. Tegelijkertijd werd het moederschap geïdealiseerd, waardoor vaders functies nog meer uitholden. En nu lijkt de vader het liefst een beetje langs de zijlijn te staan, altijd bereid een robbertje te vechten of de koters in een bakfiets door de stad te rijden. In de scheurkalender, 'Mijn eerste jaar', die de deelnemers aan de 'workshop' mee naar huis krijgen staat heel passend:
[...] Ik heb altijd zeker geweten ooit vader te willen worden. Niet om aan een luier te frutselen of zo heerlijk te knuffelen, maar om deel te gaan uitmaken van de geschiedenis. [...] Volgende vraag: Hoe definieer je vaderschap?[... V]aderschap is niet hetzelfde als vriendschap, het heeft niks van doen met machtsuitoefening, een vader is niet noodzakelijk een wijze man, het vaderschap is geen ultieme vervulling, het is - en toen twijfelde ik - geen taak, of toch een beetje een taak? Volgende vraag: Hoe wil jij als vader herinnerd worden?Nauwelijks vader en dan nu al herinnerd willen worden? Dit blijkt een overgangsvraag. [...]
[...] Ik kon me destijds weinig bij het vaderschap voorstellen. Zou ik dan wel iets met deze vragenlijsten gekund kunnen hebben? Het antwoord lijkt: nee. Maar ik weet wel dat Socrates al zei dat alleen de vraag 'Hoe moet ik leven?' werkelijk telt. En om te weten hoe je als vader moet leven, is het handig sjoege te hebben van het vaderschap. Onwetendheid is nooit een excuus. Het antwoord blijkt dus: ja, in de negen maanden durende aanloop naar het vaderschap zou ik iets met deze vragenlijsten aangekund moeten hebben. [...] Op de 'New Daddy Workshop' moet je ook niets, aan het einde van de dag weet je niet wat een vader is, weet je niet of het beter is om drie dagen in plaats van vijf te werken, weet je niet hoe laat de kinderen naar bed moeten, en al helemaal niet hoe je een luier moet ombinden. Wat je wel weet: je bent niet de enige. Niet de enige die zo'n negen maanden nodig had om een band te krijgen met zijn kind, die meende genoeg te hebben aan zijn onfeilbare mannelijke intuïtie, maar later ontdekte dat intuïtie vaak een schaamlap is voor onwetendheid. Anderen stellen tot hun tevredenheid vast dat nogal wat vaders het slecht konden verteren dat kindlief, hoe klein en nietszeggend ook, het dagelijks ritme grotendeels bepaalde. Er wordt ergens lachend geconcludeerd dat vaders vaak ook veel beter moederen dan moeders. Maar het kan zijn dat deze conclusie wordt ingegeven door de samenstelling van het gezelschap, al lees ik tijdens de treinrit op weg naar huis in de meegekregen scheurkalender:
|