Start Omhoog

Seksueel misbruik

Bisschop Wiertz: Alleen aangifte als slachtoffer dat wil

2002-05-14 Trouw

AMSTERDAM - Bisschop Wiertz van Roermond weigert priesters of andere kerkelijke werkers die zich schuldig hebben gemaakt aan seksueel misbruik, bij justitie aan te geven als de slachtoffers daar tegen zijn. Dat is volgens hem vaak het geval. Reden: vrees voor pijnlijke juridische verhoren en/of publiciteit. Dan wordt zo'n zaak intern afgehandeld. Dat stelde Wiertz in het tv-programma 'Kruispunt' (RKK-KRO). Persoonlijk is hij voor aangifte.

Bisschoppelijk woordvoerder M. Bemelmans benadrukt dat Wiertz ieder slachtoffer van seksueel misbruik dat bij hem aanklopt, aanraadt aangifte te doen bij de politie. ,,Wil de betrokkene dat niet, en dat komt vaak voor, dan voelt hij zich niet gerechtigd achter zijn of haar rug om zelf naar justitie te stappen.'' Wiertz volgt in deze niet het voorbeeld van de aartsbisschoppen van Boston, New York en Los Angeles die, onder druk van de gelovigen, elk hun bekend geval van misbruik door priesters melden aan de politie.

Bemelmans wijst erop dat in Nederland geen meldingsplicht bestaat voor pedoseksueel misbruik, wel voor verkrachting. In tegenstelling tot de kerk bestaat in het onderwijs en de zorg wel de wettelijke verplichting seksueel misbruik te melden bij justitie. Dat wil niet zeggen, aldus Bemelmans, dat er in het Limburgse bisdom geen maatregelen worden genomen. ,,Elke melding en klacht wordt serieus onderzocht en waar nodig nemen we passende, binnenkerkelijke maatregelen.'' Gevraagd om hoeveel gevallen van seksueel misbruik het gaat noemt Bemelmans voor het Limburgse ,,vier tot vijf'' gevallen.

Eerder zei kerkjurist R. Huysmans in een RKK/KRO-radiogramma dat het onvoldoende was als de bisschoppen de beslissing over het al dan niet aangifte doen overlaten aan de slachtoffers. Dan blijft volgens hem onduidelijk wat er binnen de kerk met de daders gebeurt. M. Grandia-Fennema, begeleidster van slachtoffers van seksueel misbruik door een kerkelijk werker, vindt hetzelfde.

Of een priester die in de fout is gegaan, mag terugkeren, ligt volgens Wiertz geheel aan iemands persoon. Dus: ,,Sommigen niet, anderen wel.'' In het algemeen vindt hij het ,,infaam zo'n man opnieuw de kruisweg te laten gaan''. En als het wéér misloopt? ,,Dan mag men mij ontslaan.''

Een voorbeeld waarbij de Roermondse bisschop terugkeer in het pastoraat toestond, was het geval van een pastoor in Heerlen. In 1998 deden drie jongeren tegen de man aangifte bij de politie. De priester zou zich schuldig hebben gemaakt aan seksueel misbruik. De rechter veroordeelde hem tot een halfjaar voorwaardelijk wegens het plegen van ontucht met een minderjarige jongen. Het bisdom stuurde de man met ziekteverlof. Nu is hij, met toestemming van het bisdom, 'parochie-assistent' te Kerkrade.

Onlangs gaf Wiertz priesters, seminaristen en pastorale werkers de, naar eigen zeggen, ,,ietwat krampachtige'' aanbeveling zich niet langer met kind of jongere in één ruimte op te houden. Dat zou volgens hem al gauw een verkeerd beeld oproepen. "Zonde is een realiteit bij alle mensen, ook bij priesters'', aldus de bisschop.

Start Omhoog