Wilma Kieskamp, 2004-10-18,
Trouw
Steeds minder zedenzaken eindigen in een strafproces.
Politie en justitie zijn vooral terughoudender geworden in zaken met jonge
kinderen. Hoe moeilijk het is om alleen op de feiten af te gaan bewijst de zaak
van Julia. Haar stiefvader werd veroordeeld, maar onlangs vrijgesproken in een
dramatische rechtszaak.
Negen jaar is Julia als ze op een vakantiekamp aan twee vriendinnetjes iets schokkends vertelt: ze is de avond ervoor verkracht door haar stiefvader. In diens geheime kamertje, vertelt ze overstuur, een kamertje waar hij wel vaker 'iets met seks doet met vrouwen'. Ze kan een striem op haar been laten zien als bewijs.
Dezelfde avond weet een leidster van het kamp het complete, schokkende verhaal 'eruit te krijgen'. Het kost wel enige moeite. Wat betekent dat, achteraf? Julia vertelt uiteindelijk dat ze door haar stiefvader is geblinddoekt, en ondersteboven opgehangen aan touwen. Hij heeft haar ook geslagen. Hoe ze is verkracht, wil het meisje eerst niet vertellen.
,,Toen moest ik mijn stiefvader... nou ja, je weet wel'', zegt Julia.
De leidster is in tranen als de details worden ingevuld: de stiefvader heeft het meisje gedwongen tot orale seks. In de loop van die week ziet de leidster hoe het meisje triomfantelijk haar striemen 'showt', en dan begint de twijfel te knagen.
In de weken die volgen vertelt Julia haar verhaal aan meer kinderen. Op school bijvoorbeeld, of als ze bij vriendinnetjes speelt. Tegen haar ouders zegt ze niets. Is ze op zoek naar de aandacht die ze thuis niet krijgt? Julia is een intelligent en bijdehand meisje, maar ook een kind met een achtergrond van verwaarlozing. Haar moeder heeft een alcoholprobleem en is al eens opgenomen geweest, haar ouders zijn gescheiden. Jeugdzorg heeft Julia onder de hoede.
En dan is er haar stiefvader, ook bepaald niet de ideale opvoeder. Hij woont niet meer bij haar moeder, maar toen ze nog wel samenleefden slingerden de sm-video's soms in de kamer rond en bood hij, waar Julia bij was, de moeder aan kennissen aan voor triootjes.
Bij de politie beginnen direct de alarmbellen te rinkelen, als het negen-jarige meisje uiteindelijk met haar eigen, biologische vader op het bureau verschijnt in haar Drentse woonplaats. SM, touwen - dit is geen gewone incestzaak. Maar het korps weet ook dat je met aangiftes op je hoede moet zijn.
De politie is kritischer geworden, dat geldt voor alle korpsen in het land. Dat er ook 'onterechte', onware aangiften bestaan, mag sinds een paar jaar hardop worden gezegd. Het is de nieuwe nuchterheid. Aangiftes die vals blijken kunnen om vele redenen worden gedaan, bijvoorbeeld omdat de familie van het kind overtuigd is geraakt dat er iets gebeurd moet zijn. Het beleid is om bij onderzoek na aangifte vooral op de feiten af te gaan en slachtoffers zo min mogelijk te 'sturen' in hun verhaal.
Maar met Julia's verhaal is wel iets aan de hand. Er is geen reden haar aangifte direct als ongeloofwaardig te beoordelen. Want hoe kan het dat een meisje van negen zo precies het - werkelijk bestaande - sm-kamertje van haar stiefvader kan beschrijven? Hoe kan het dat ze als kind van negen details weet over sm-seks?
Niemand die het antwoord kent. Ook twee jaar later niet.
Een paar weken geleden is de 46-jarige stiefvader van Julia vrijgesproken door het gerechtshof in Leeuwarden, nadat hij eerder door de rechtbank Assen wél was veroordeeld en al vijf maanden van zijn straf had uitgezeten. De zaak kwam destijds in het nieuws omdat de stiefvader direct na het horen van de veroordeling in de rechtszaal zelfmoord probeerde te plegen. Hij had een mes meegesmokkeld en sneed zijn hals door. Op het nippertje werd hij gered.
Het Leeuwarder gerechtshof kwam in hoger beroep nu tot een niet mis te verstane conclusie. Julia's verklaringen zijn niet geloofwaardig. De politie heeft cruciale vragen in het onderzoek onbeantwoord gelaten, aldus de rechters. Zo is niet goed onderzocht of er ook een 'alternatief scenario' mogelijk is. Kende het meisje het sm-kamertje misschien omdat ze er eens stiekem binnen was geweest? Had ze haar moeder en stiefvader er betrapt?
Het hof had nog een laatste poging gedaan het antwoord op die vragen te vinden. De beste deskundige van het land moest Julia nog eens verhoren. Maar bij professor Ruud Bullens, expert in het verhoren van kinderen, kon ze niets concreets meer vertellen over het misbruik. Haar zaak was onherroepelijk gestrand.
,,De stiefvader is onschuldig'', zegt advocaat mr. Peter Plasman, zijn raadsman. ,,Dit is geen vrijspraak wegens gebrek aan bewijs. Dit gaat veel verder.''
Julia's zaak is allerminst een doorsneezaak. Toch vertelt deze zaak precies hoe de afgelopen jaren politie en justitie enerzijds veel professioneler zijn geworden. En anderzijds nog steeds hun tanden stukbijten op zedenzaken met jonge kinderen, ook bij de 'gewonere' zaken.
De onderzoeken zijn zakelijker en feitelijker geworden. De tijd is allang voorbij dat onderzoeken geregeld ontspoorden door amateuristische verhoormethoden, onkunde, of doordat rechercheurs zich lieten meeslepen door de heftigheid van het verhaal en solidair waren met het slachtoffer. Dat was de periode van de Bolderkar-affaire, van de Eper-incestzaak.
,,De stiefvader was een paar jaar geleden nog geheid veroordeeld'', denkt publicist en advocaat mr. Chris Veraart. ,,Er zijn in het verleden heel veel beschuldigden ten onrechte veroordeeld. Doordat men niet wilde accepteren dat veel aangiftes in zedenzaken geheel of gedeeltelijk vals zijn. Juist in de zaken met jonge kinderen.''
Met zijn boek 'Valse Zeden' was Veraart destijds een omstreden figuur. Maar de tijden zijn veranderd: tegenwoordig zitten de beleidsmakers van de politie bij hem aan de keukentafel om de nieuwste inzichten te bespreken. Hij gaf les aan de rechercheschool.
Het is niet uit boze opzet dat er valse aangiftes worden gedaan, zegt Veraart.
,,Zedenzaken draaien om seks en machtsmisbruik. Daardoor zijn ze zo heftig. Wat je vaak ziet gebeuren is dat het verhaal steeds 'groter' wordt. Het begint met vage signalen, dan gaat de familie het kind uithoren, en wil actie. Of een slachtoffer heeft het gevoel niet geloofd te worden en doet er zelf een schepje bovenop. Als het verhaal eenmaal groot is geworden, kom er dan nog maar eens op terug. Dan heb je het point of no return bereikt.''
De samenleving moet leren accepteren dat juist zedenzaken niet zo eenvoudig tot een rechtszaak komen, vindt Veraart.
,,Dat is moeilijk, voor de aangever en voor de beschuldigde. Vroeger zag ik alleen het leed van degenen die vals beschuldigd waren. Maar er is natuurlijk ook enorm veel leed bij degenen die zichzelf als slachtoffer zien, terecht of onterecht. Bij degenen die verstrikt zijn geraakt in het verhaal. Je mag ook nooit zeggen; het is níet gebeurd.''
In de zaak van Julia was na een rechtszaak die anderhalf jaar duurde weinig ruimte meer voor die nuance.
,,We stonden lijnrecht tegenover elkaar'', zegt advocaat mr. Plasman. Hij vindt juist wel dat je uit het onderzoek mag concluderen dat de stiefvader onschuldig is. ,,Het spreekt uit het hele dossier; het is gewoon niet gebeurd.''
Tegenover zich vond hij de aanklager, die ook in hoger beroep bleef volhouden dat verklaringen van het meisje geloofwaardig waren.
De stiefvader reageerde nuchter op de vrijspraak.
,,O. Goed zo'', was zijn enige commentaar. ,,Er is geen reden tot juichen'', zegt zijn advocaat mr Plasman. ,,Hij heeft enorme schade geleden. Maar ik denk ook aan het meisje. Ook zij heeft zwaar geleden.''
Met Julia gaat het niet zo goed. Op de laatste zitting vertelde haar vader dat ze slecht slaapt. Ze is al bijna twee jaar in therapie, en is direct na de aangifte naar een speciale lotgenotengroep gestuurd van slachtoffers van seksueel kindermisbruik. Haar biologische vader is woest over de vrijspraak, en het extra onderzoek.
,,Ze wordt toch niet geloofd.''
Om redenen van privacy is de naam Julia gefingeerd.