01jul05_rotterdammertjes
2001-06-29, Trouw
Rotterdamse basisschoolleerlingen gedragen zich stoer, maar vertonen ook vaker dan gemiddeld tekenen van depressiviteit. Dat constateert de Rotterdamse Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) in een onderzoek naar de psychosociale gezondheid van kinderen in de Maasstad.
De gegevens zijn vooral afkomstig van de kinderen zelf. Dertienhonderd leerlingen in de leeftijd van negen en tien jaar vulden vragenlijsten in. Verder deden 41 basisscholen en ruim negenhonderd ouders mee.
Twee derde van de jongens en de helft van de meisjes geeft aan zich wel eens agressief te gedragen. Ruim een derde van de negen- en tienjarigen zegt ooit wel eens iemand in elkaar te hebben geslagen. Van de ondervraagde jongens beweert 15 procent ooit met een wapen te hebben gedreigd.
Tegelijk geeft een kwart van de scholieren aan depressieve gevoelens te hebben. Dat kan zich uiten in veel huilen, somberheid, maar ook humeurig of prikkelbaar gedrag of opvallende lamlendigheid. Landelijk komt dit bij ongeveer een op vijf kinderen gedurende langere tijd voor.
De onderzoekers noemen de vrij hoge frequentie ,,een bevestiging van een vermoeden'', maar tasten nog in het duister over de oorzaken. De uitkomsten moeten niet overdreven worden, aldus psychologe T. Snaterse in een reactie. Landelijk wordt uiteindelijk maar 2 procent van de kinderen ook werkelijk als depressief gediagnosticeerd.De anderen hebben bijvoorbeeld last van andere stoornissen, zoals hyperactiviteit. Toch vindt Snaterse de uitkomsten reden genoeg voor verder onderzoek. Waar het gaat om ogenschijnlijke agressiviteit is in haar ogen vaak sprake van ,,stoer gedrag, waar je je niet heel erg veel zorgen over moet maken''.Snaterse denkt dat een rol speelt dat stadskinderen hun energie moeilijker kwijt kunnen. Maar verder zijn er nu eenmaal steeds meer drukke, impulsieve, mondige en brutale kinderen, stelt ze. ,,Misschien moet je je eerst bewust zijn van wat 'een normaal kind aan het begin van de 21ste eeuw' precies is'', aldus Snaterse.