Seada Nourhussen, De Volkskrant 14 juli 2004
Kinderen die veel chatten zijn depressiever en hebben minder eigenwaarde dan
kinderen die dat niet doen. Dat blijkt uit enquêtes van het Instituut voor
Onderzoek naar Leefwijzen en Verslaving (IVO). Voor een grootschalig onderzoek
naar dwangmatig internetgebruik onderwierp het IVO ruim zevenhonderd
scholieren tussen de 13 en 16 jaar aan een vragenlijst.
Chatten is communiceren op internet via babbelboxen en instant messenger programma's zoals het populaire MSN. De scholieren moesten voor het IVO-onderzoek aangeven hoeveel uur ze besteden aan internet, sms'en (berichtjes versturen via de mobiele telefoon), chatten en e-mailen.
De enquête wees uit dat 80 procent van de kinderen regelmatig gebruikmaakt van het internet, 60 procent doet dat meer dan vier dagen per week. Een klein deel van die laatste groep maakt buitensporig veel gebruik van internet en chatboxen. Veel van die scholieren gaven aan last te hebben van depressiviteit.
'Ik denk niet dat het chatten de oorzaak is van de neerslachtigheid', zegt Regina van den Eijnden, onderzoekscoördinator bij IVO. 'Deze kinderen zitten al niet lekker in hun vel, hebben problemen met hun ouders of zichzelf. Zij vinden in hun computer een vlucht uit de werkelijkheid.'
'Die chatcontacten kunnen niet bevredigend genoeg zijn', stelt Roel Kerssemakers van de Jellinek, instelling voor verslavingszorg en -preventie. 'Het is toch niet hetzelfde als een persoonlijk contact.'
Chatten en MSN'en zijn de meest verslavingsgevoelige activiteiten op internet, meent Kerssemakers. De Jellinek behandelt sinds enkele jaren ook een handjevol internetverslaafden.
'De meeste hebben vooral moeite hun chatgedrag onder controle te krijgen.'
Wat is er zo onweerstaanbaar aan het chatten?
'De onmiddellijkheid', zegt Albert Benschop, internetsocioloog aan de Universiteit van Amsterdam. 'Het is synchrone communicatie. Dat betekent dat je direct respons kunt krijgen, anders dan bij het e-mailen. Chatten geeft je het gevoel in dezelfde ruimte te zijn als de ander. En dat geeft weer het gevoel van sociale aanwezigheid.'
Voor jongeren met onderontwikkelde sociale vaardigheden is chatten dus een uitkomst, vindt Benschop. 'Die mensen gebruiken de virtuele contacten op het internet om hun gebrek aan vrienden te compenseren. Maar er is ook een grote groep die het chatten gebruikt om de vriendenkring uit te breiden.'