00Jun11a Hans Visser
Uit: Onlijn E-magazine, november 1999. >
Hoewel ik al wist dat de Pauluskerk geen typische protestantse bijeenkomstruimte zou zijn, keek ik toch mijn ogen uit. Het begon met het feit dat de afgelopen nacht bijna alle ruiten waren ingegooid omdat een verslaafde om drie uur ‘s nachts de toegang was geweigerd. Dat surrealistisch decor werd helemaal compleet doordat dealers en gebruikers gemoedelijk en high, met het spul en het geld in de hand, door de kerk heen sjokten. In deze puinhoop zocht ik Hans Visser. Hij wordt door velen ‘de Jezus van Rotterdam genoemd’. En dan heb je toch een bepaalde verwachting van zo’n man.
Een beetje alternatief, geduldig sprekend en luisterend en altijd een glimlach op het gezicht. Niets was minder waar. Daar was ik snel achter toen ik in het hoekje van de grote Pauluskerk voor hem zat. Een dikkige VVDer met een aktetas en een mobiele telefoon is een beschrijving die beter in de buurt komt. Ook het nette grijze pak met de fleurige stropdas ontbrak niet en om dat allemaal nog compleet te maken rookte hij ook nog een half kistje sigaren weg in de duur van het interview. Toen ik mijn de eerste verbazing deskundig had weten weg te moffelen en we eenmaal aan het discussiëren sloegen kreeg ik een tweede slag te verwerken.
Hans Visser is dominee en ik had me voorbereid op een flinke portie stichtelijk taalgebruik. Behoedzaam wilde ik de woorden uit hem trekken, voorzichtig genoeg om de verlegen geestelijke niet voor het hoofd te stoten. Maar van het gemak waarmee hij woorden als penetratie en neukgericht naar het altaar achter me wierp kreeg ik bijna de slappe lach. Als tenminste over het gespreksonderwerp, pedofilie, iets te lachen zou zijn geweest.
Je wordt door velen als de ‘Jezus van Rotterdam’ gezien,
wat vind je daar nu zelf van?
Ik voel me dan niet echt gevlijd. Ik zeg altijd
maar dat er maar één Jezus is. Ik handel in de geest van Jezus en vind het wel
grappig dat mensen dat herkennen. Maar ik zou niet willen dat ze dat op mijn
graf zetten als ik onder de groene zoden lig. Ik ben eigenlijk altijd voor de
minder bedeelden opgekomen. Ik heb geleerd dat de kerk er voor de wereld is en
dat de wereld de agenda van de kerk. Vanuit die gedachte heb ik ook in derde
wereld landen gezeten en de corruptie in Indonesië bestreden. Toen ik hier in
Nederland terugkwam heb ik me ingezet voor illegalen, drugsgebruikers en
sexminderheden. Die laatste groep heeft ook al lang mijn aandacht: in de jaren
’60 was transseksualiteit een issue en in de jaren ’90 pedofilie.
Nooit twijfel of het allemaal wel zin heeft?
O, natuurlijk
wel. Maar het is een gezonde twijfel, waarbij je even nagaat of je niet
donquichotterig bezig bent. En pedofilie is natuurlijk ook een ondankbaar
onderwerp, waar je niet mee scoort. Maar het is een kwestie van instelling; ik
ken de consequenties.
In zekere zin is pedofilie natuurlijk wel een onderwerp waar
je mee kan scoren. Dat wil zeggen, het is het juiste onderwerp als je voor de
sensatie gaat…
Moet je eens luisteren, ik zit al 20 jaar hier in Rotterdam en
ik weet inmiddels echt wel hoe ik een paar journalisten op de been moet brengen.
Onze kerk is namelijk afhankelijk van giften. Het criterium is gewoon of je
inhoudelijk iets te vertellen hebt. Ik zie publiciteit ook steeds meer als
kansberekening. Ik vraag me tegenwoordig altijd af of het niet meer zin heeft om
het stilletjes intern te regelen. Zo heeft het stadsbestuur van Rotterdam op een
gegeven moment besloten dat er met mij beter gecommuniceerd moest worden. Dat
was natuurlijk ook in hun belang, want van mijn radicale acties komen maar
kamervragen en dan mag je weer niet jokken. Heel lastig allemaal. Nu komt er
elke 6 weken een ambtenaar langs om me aan te horen. En het werkt echt heel
goed. Op het gebied van drugsbeleid kan ik inmiddels lezen en schrijven met die
gasten. Het scheelde ook dat sinds ’94 Peper zich niet meer met me bemoeide.
Want die arrogantie zat me voortdurend in de weg en als je naar de TV kijkt zie
je dat hij het ook wel nooit zal leren.
Maar bestaat zo niet het gevaar dat je door de ambtenarij
wordt ingepakt?
Zeker, maar daar ben ik me voortdurend van bewust; dat gevaar is
overal aanwezig. In plaats van al dat gezeik met actiegroepjes (waarin je altijd
de meest dubieuze mensen vind) moet je in de politiek behendig manoeuvreren. Dat
is een heel ander spel. Maar je hoeft niet zo op te boksen tegen het
not-in-my-backyard-virus, het gaat allemaal wat gelijkmatiger. Als ik dan het
gevoel krijg dat ingepakt wordt, stap ik uit de onderhandelingen. Dat ik
onvoorspelbaar ben, dat weten ze wel.
Effectiviteit? Je lijkt wel een politicus!
Ben ik ergens ook
wel. Het is een sport waar je lol in moet hebben. Ik wilde vroeger ook politicus
worden en ben in Rotterdam wel eens in de verleiding gekomen. Maar dat was een
carrièrewending die me uiteindelijk toch niet zo beviel. Later kwam ik erachter
dat ik als vrije jongen veel beter politiek kan bedrijven. Ik heb schijt aan
mijn achterban en stel mezelf niet afhankelijk op van subsidies. Die mogen ze zo
meenemen als het ze niet bevalt. Je moet als politicus niet alleen mooie woorden
spreken. Ik heb gemerkt dat mensen me over armoedebeleid serieuzer nemen als ik
wat zwervers huisvest. Het versterkte mijn positie, want die mensen denken: die
man lult niet alleen, hij zit er met zijn neus bovenop.
Vandaar ook de Doucégroep, een praatgroep voor pedofielen?
Om
kennis op te doen, ja. Daar zitten pedofielen in waarvan ik veronderstel dat ze
weten wat ze kunnen maken en wat niet. Ik ken ook zeker pedofielen voor wie dat
niet geldt. Er was namelijk een tijd waarin er meer vrijheid voor ze was dan nu.
Sekstoerisme was nog een klein beetje geaccepteerd en die mensen gingen dan naar
Thailand voor de kleine jongetjes. Daarvan heb ik altijd gezegd: ‘dat moeten
we niet doen, dat is buitengewoon onverstandig. Zoiets wil je niet in stand
houden’. Maar sommigen maakten gewoon misbruik van de vrijheid en gingen wel
eens over de grens.
Wat doe je daar dan mee? Geef je ze aan?
Je weet best dat ik
dat in mijn positie niet kan maken. Ik kan ze slechts adviseren het niet meer te
doen, ook gezien mijn geheimhoudingsplicht als dominee.
Maar je kan toch zeggen, ik wil je best helpen, maar als je
over de streep gaat trek ik mijn handen van je af?
In het uiterste geval zal ik
dat ook wel doen. En het is ook wel eens voorgekomen dat een drugsgebruiker
iemand had neergestoken in de stad. En hij had in die tijd hier gelogeerd dus we
wisten wie het was. Hij had in de kerk ook altijd een revolver op zak en dat
beviel me niet. Die man hebben we wel aangepakt en de reclassering gebeld.
Hoewel er wel een hele gewetensvraag aan vooraf gaat. Ook bij de pedofiel die
naar een baan bij een kinderspeelplaats solliciteerde hebben we de school maar
eens ingelicht. Want dat die man dat niet kon hebben, wisten we van tevoren. Als
je de hele tijd op de grens leeft ben je dan niet bang? Wie zich met pedofilie
bezighoudt, moet met alles rekening houden. Er zijn genoeg gastjes in Nederland
die gek genoeg zijn om me een pak slaag te verkopen. Er is een keer op mijn huis
geschoten, maar de kogels kwamen bij de buren terecht. Maar ik heb nog weinig
dreigbrieven gekregen en ben ook nog maar één keer met mijn auto van de weg af
gedrukt. Je hebt het ook zelf een beetje in de hand. Je moet niet constant de
lont bij de benzinevaten houden. Je moet je argumenten gedoseerd naar voren
brengen en niet bij elke gelegenheid over pedofilie beginnen. Ik zie een
beweging ontstaan die me niet zint en dan gooi ik er af en toe wat
contra-informatie in. Ik heb trouwens ook nog het voordeel niet van de
katholieke kerk te zijn, want dan krijg je bij elk wissewasje een bisschop over
je heen. Ik heb samen gestudeerd met de bobo’s van de protestantse kerk, dus
dat zit meestal wel goed.
Over pedofilie en kerk hoor je ook nogal dramatische verhalen.
Dat klopt, maar veelal uit de katholieke kerk, omdat daar dat achterlijke
celibaat nog bestaat. Dat moet natuurlijk als de donder worden afgeschaft. Maar
ik ken inderdaad een heel aantal boylovers met wisselende contacten onder mijn
collega’s. En vergis je niet, daar zitten aardig wat vooraanstaande lui
tussen.
Waarom denk je dat mensen zo fel reageren op pedofilie?
Het
gaat inderdaad erg ver; als je naar de televisie kijkt zie je mensen helemaal
uit hun bol gaan. Een kind werd op de speelplaats in elkaar geslagen omdat de
vader een pedofiel zou zijn. Aan de schade voor de gezinnen van een pedofiel
lijkt niemand te denken. Ik snap het wel hoor. Het is meer dan angst. De
bescherming van kinderen is een oerinstinct. Daarom staat er ook in de 10
geboden: ‘heb uw ouders lief’. Om dat over de kinderen te zeggen is helemaal
niet nodig. Toen het feminisme opkwam is de kwetsbaarheid van het kind ook in
beeld gekomen. Bovendien speelt er van mensen een hoop seksuele frustratie mee.
In een land dat seks in de aanbieding doet is het aantal seksueel gefrustreerden
hoog. En die horen dan van een klein aantal pedofielen dat zich te buiten gaat
en overdrijven dan vaak de schade die de kinderen wordt aangedaan. Natuurlijk is
het allemaal niet prettig, maar de meeste schade ontstaat nog altijd door
mishandeling en incest door ouders zelf. Over dat onderwerp en suggestieve
verhoren door de politie mag niet worden gesproken. Bovendien, die christelijke
moralisten kunnen er zelf vaak ook wat van.
Maar er lijkt ook wel een groot geheim een rol te spelen in de
gewelddadigheid van de bevolking. Een groot geheim dat niet onthuld mag worden…
Dat is er inderdaad! Over de seksualiteit van kinderen mag zeker nooit gesproken
worden. Het geeft pedofielen alles behalve een vrijbrief, maar kinderen hebben
ook hun nieuwsgierigheid en hun erotische gevoelens. Het lijkt wel dat
volwassenen dat uit hun geheugen hebben gewist. Heel veel van de pedofiele
contacten gaan uit van de kinderen, zoals dat hoort. En de schade ontstaat in
dat ideale geval pas, als de ouders helemaal tegen het plafond aan springen en
roepen dat er iets vreselijks is gebeurd. Mensen kunnen bij pedofielen niet meer
in grijstinten denken. Een pedofiel is een monster als Dutroux, of een gezellige
oude man die ontzettend veel van kinderen houdt. Beiden zijn een karikatuur. Er
is bovendien ook een verschil tussen iemand die een jongetje van 8 of een jongen
van 15 wil zoenen. En als iemand een meisje van 5 wil penetreren dan zeg ik ook
dat ze een gaatje in hun hoofd hebben. Bovendien kunnen vrouwen er vaak ook wat
van. Allemaal nuances waar men aan voorbijgaat.
Waarom is dat zo belangrijk?
Ik ben er vast van overtuigd dat
de bescherming van het kind het beste gewaarborgd kan worden door een discussie
met pedofielen. Pas dan kan je als maatschappij regels stellen. Ze opsluiten of
tegen de muur aan zetten heeft natuurlijk geen enkele zin, want er komen altijd
weer pedofielen bij. Nu ligt, omdat wetenschappers van universiteiten te horen
krijgen dat ze moeten stoppen, zelfs het onderzoek over pedofilie helemaal stil.
Gewoon een beetje moreel besef kan ook geen kwaad: denk eens even in hoe erg het
is om in deze tijd dat soort neigingen te hebben; dat is natuurlijk vreselijk
voor die mensen. Met de richting die we nu op gaan, is werkelijk niemand gebaat.
---