De Volkskrant, 14 augustus 2005
AMSTERDAM - Seksuele opvoeding is te ouderwets. Jongeren wordt vaak alleen maar verteld hoe ze zwangerschappen en geslachtsziekten kunnen voorkomen, terwijl ze juist behoefte zouden hebben aan informatie over de emotionele kant van seks.
Op veel scholen wordt helemaal geen seksuele voorlichting gegeven. Jongeren communiceren vooral met elkaar over seks, en dat gebeurt via het internet. Ze bestoken elkaar met praktische vragen (‘Hoe moet ik pijpen?’ ‘Wie moet er boven?’).
Seks is ‘een ding’ geworden, is de algemene opvatting van seksuologen en deskundigen in de jongerencultuur.
‘Er zou juist over wensen en grenzen moeten worden gesproken, en hoe je die kunt aangeven’, zegt Ingvil van de Lisdonk van de Rutgers Nisso Groep, het kenniscentrum voor seksualiteit.
Vooral lager opgeleide jongeren zijn kwetsbaar, blijkt onder meer uit de verhalen rond de groepsverkrachtingen in Rotterdam. Seksuoloog Jos Frenken meent ook om die reden dat er al op de basisschool een vak omgangskunde komt.
‘Jongens moeten vroeg leren dat ‘nee’ ook echt nee betekent.’
Maar ook meisjes moeten beter hun grenzen stellen, zegt Frenken.
Hij was getuigendeskundige bij een van de groepverkrachtingszaken in Rotterdam, waarbij minderjarigen waren betrokken. Deze week deed de rechter uitspraak en deelde straffen uit van tien tot twaalf maanden cel.
‘De jonge daders hadden nauwelijks empathie voor hun slachtoffers, ze behandelden deze meisjes als speelgoed.’
Maar ook de slachtoffers spelen een dubieuze rol, volgens Frenken.
‘Ze waren erg meegaand, wilden er bijhoren.’
Juist dit soort jongeren moet leren met elkaar om te gaan, vindt hij.
‘Er is een groot gebrek aan voorlichting op scholen’, zegt Lou Repetur van Pretty Woman, een project dat voorlichting en hulp biedt aan meisjes die risicovolle seksuele contacten hebben. Die voorlichting zou volgens haar in groep 1 van de basisschool moeten beginnen. ‘Kinderen moeten leren over lichaamsdelen en dat hun lichaam van hún is.’
Ook moet er beter worden gewaarschuwd voor internet, vinden de deskundigen. Op talloze internetsites communiceren jongeren volop over seks, zonder dat ze weten dat volwassenen daarvan misbruik kunnen maken. De aangiften van zedenmisdrijven na internetcontact tussen 2003 en 2004 gegroeid van enkele tientallen, naar over de honderd, meldt het Korps Landelijke Politiediensten.
‘En dit lijkt slechts het topje van de ijsberg’, zegt Chris Groeneveld van het Korps. Voorlichting is nodig, vindt hij. ‘De overheid probeert dat wel, maar kan de doelgroep niet bereiken. Providers proberen ook iets te doen, maar er zijn zoveel ontmoetingssites. Dat valt niet te monitoren.’