Citaten uitWereld dreigt te verzeilen in onbeheersbare crisisRichard Holbrooke [*], LA Times - Washington Post - NRC Handelsblad 11 augustus 2006
Moord op aartshertog Franz Ferdinand, in 1914 aanleiding voor de Eerste
Wereldoorlog. Moord op aartshertog Franz Ferdinand, in 1914 aanleiding voor de
Eerste Wereldoorlog.
De enigen die baat hebben bij deze chaos zijn Iran, Hezbollah, Al-Qaeda en de Iraakse shi’itische leider Muqtada Sadr, die vorige week in Bagdad de grootste demonstratie tegen Amerika en Israël van de hele wereld hield, terwijl nog eens zesduizend Amerikaanse militairen de stad in werden gestuurd om een burgeroorlog te ‘voorkomen’ die al begonnen is. Deze opeenstapeling van explosieve elementen vormt het grootste gevaar voor de stabiliteit in de wereld sinds de Cubaanse rakettencrisis van 1962, de enige confrontatie tussen nucleaire supermogendheden. De Cuba-crisis was wel erg gevaarlijk, maar betrekkelijk simpel: ze kwam neer op twee leiders en geen oorlog. In 13 dagen van briljante diplomatie wist John F. Kennedy Nikita Chroesjtsjov te bewegen de sovjetraketten weg te halen van Cuba. Kennedy was sterk beïnvloed door Barbara Tuchmans klassieke Kanonnen van augustus, waarin werd beschreven hoe een ogenschijnlijk op zichzelf staande gebeurtenis van 92 zomers geleden – een moordaanslag in Sarajevo door een Servische terrorist – een kettingreactie ontketende die uitliep op de Eerste Wereldoorlog. De verschillen tussen die augustus en deze zijn immens. Maar Tuchman besloot haar boek met een zin die tot in deze crisiszomer naklinkt:
Te voorkomen dat zo’n val ontstaat, moet het eerste doel zijn van Amerikaans beleid. [...] Als Washington Jeruzalem in de steek laat, kan het bestaan van de joodse staat in gevaar komen en kan de mondiale crisis snel veel ernstiger worden. De VS moeten duidelijk blijven maken dat zij bereid zijn met diplomatieke en zo nodig militaire middelen Israël te verdedigen. Maar de VS moeten ook oog hebben voor, en een oplossing vinden voor, de verdergaande consequenties van hun eigen daden en publieke verklaringen. Deze zijn de oorzaak van een ongekende aftakeling van de Amerika’s positie in de wereld, lokken gevaarlijke nieuwe, anti-Amerikaanse coalities uit en stimuleren een nieuwe generatie terroristen. De Amerikaanse terugtrekking uit de actieve diplomatie in het Midden-Oosten sinds 2001 heeft geresulteerd in meer geweld en in een slinkende invloed van de VS. Anderen willen dat vacuüm maar al te graag opvullen. Het Amerikaanse beleid heeft het onbedoelde maar voorspelbare gevolg gehad dat onze vijanden naar elkaar toe zijn gedreven. In heel de regio hebben de sunnieten en de shi’ieten hun onderlinge afkeer net lang genoeg opgeschort om samen een vuist – of erger – te kunnen maken tegen de VS en Israël. [...] President Bush is aan zijn land, en speciaal aan de troepen die hun leven wagen, verplicht zijn beleid te heroverwegen. [...] Aan het diplomatieke front mogen de VS niet het veld ruimen voor andere landen of de VN. Alle ministers van Buitenlandse Zaken, van Kissinger tot Christopher en Albright, hebben met Syrië onderhandeld, ook de Republikeinse iconen Shultz en Baker. Waarom doet deze regering dat niet ook, inclusief voortdurend intensief overleg met Israël? Dat is in het belang van Israël. In plaats daarvan weigeren regeringsfunctionarissen rechtstreeks te overleggen, en zeggen zij dat „Syrië weet wat het moet doen’’ – wat voorbijgaat aan het wezen van diplomatie. Dat geldt ook voor overleg met Iran. Waarom staat het machtigste land ter wereld al vijf jaar aan de zijlijn en laat het de internationale dialoog met Teheran voeren door Europeanen, Chinezen en de VN? En waarom is de dialoog beperkt gebleven tot de nucleaire kwestie – die van groot belang is, maar minder nijpend dan de steun en de wapens die Iran aan Hezbollah geeft, en zijn steun aan activiteiten tegen Amerikaanse troepen in Irak.
Dit vereist volhardende diplomatie op hoog niveau – precies wat de Amerikaanse regering in het Midden-Oosten heeft vermeden. Washington heeft – of althans had – invloed op de gematigde moderne Arabische landen; die moet het opnieuw gebruiken, in nauw overleg met en ten behoeve van Israël. Daarnaast moeten wij voorbereid zijn op problemen die ons onverhoeds op de proef zullen stellen. Die kunnen zich voordoen in Turkije, Pakistan, Egypte, Syrië, Jordanië en zelfs Somalië, maar één ding lijkt zeker: komen zúllen ze. [...]
|