Citaten uit
'Ik spreek ze aan en ze houden van me'
Perdiep Ramesar, Trouw 17 oktober 2008
Hoe pak je Marokkaanse probleemjongeren aan, keihard of boterzacht?
Allebei, was de conclusie gisteren in Amsterdam.
Wat een bijeenkomst moest worden waar het probleem met de Marokkaanse
jeugd zou worden opgelost, leek een avond te worden waarbij verwijten
werden gemaakt richting de gemeente, richting de Hollanders en jegens de
Marokkanen zelf. Maar het werd gisteren toch vooral een avond van
zelfreflectie. De meerderheid van de deelnemers aan het debat vooral
Marokkanen die niet tot de overlastgevers behoren zochten het
probleem niet alleen bij de overheid, niet alleen bij de hulpverleners,
maar vooral ook bij zichzelf.
[... ......]
Een blanke Amsterdamse uit Oost was een van de voorbeelden die bij
iedereen de handen op elkaar kreeg en het hart raakte van het debat. Zij
vertelde dat iedereen maar klaagt over die Marokkanen, maar als je wat
wilt veranderen, moet je ze durven aan te spreken op hun gedrag.
Als ik die straatschoffies weer eens fout bezig zie, zeg ik ze
dat ze dat niet moeten doen, en ik leg ze uit waarom. Daarbij
complimenteer ik ze als ze iets leuks doen. Ik geef vrijwillig les op
een school, ik geef ze aandacht, liefde, een schouder, met als
resultaat: ze houden van me. Maar wee hun gebeente als ze iets slechts
uithalen! Dat weten ze, en ze luisteren.
Daar kon niemand een speld tussen krijgen.
[...]