Terug naar de jaren veertig en vijftig2000 # 4 Na Jan Hanlo en Jef Last, deze keer mijn herinneringen aan Hella Haasse en Wim Sonneveld, die dateren uit de jaren veertig en vijftig. Het speelde zich allemaal af in Amsterdam gedurende roerige jaren. Hélène Serafia Haasse die later een bekende Nederlandse letterkundige zou worden werd geboren op 2 februari 1918 te Batavia in het vroegere Nederlandsch Indië, waar zij ook haar jeugd doorbracht. Later verhuisde zij naar Nederland, waar zij de Toneelschool in Amsterdam bezocht. In de veertiger jaren schreef zij twee dichtbundels, te weten Stroomversnelling en Balladen en Legenden. Er volgden een aantal novellen, zoals het bekende Oeroeg (1948) en De verborgen bron (1950). Ik ontmoette Hella voor het eerst in mijn studententijd. Zij kende enkele medestudenten en bezocht ons van tijd tot tijd. Toen leerde ik ook haar toekomstige man kennen de jurist J.van Lelyveld. Ik was zeer onder de indruk van deze erudiete en talentvolle vrouw. We keken tegen haar op, zij had het toen al gemaakt. Na mijn studie aan de Universiteit van Amsterdam heb ik haar nooit meer gezien. In diezelfde periode ontmoette ik Wim Sonneveld, op een ochtend toen we toevallig beide in de Oudemanhuispoort aan het snuffelen waren in de tweedehands boekenstalletjes. We kwamen in gesprek en dat was het begin. Later bezocht Wim mijn vader in Spanje. Hij was op zoek naar een retraite, een rustige plaats waar hij zich zou kunnen afzonderen, om nieuwe ideeën op te doen voor een volgend cabaretprogramma. Hij kreeg het adres van een klooster, niet ver van Barcelona, waar hij een paar weken verbleef. Ook Sonneveld heb ik later nimmer meer ontmoet. Inmiddels was Willem, zoals hij eigenlijk heette, een bekend cabaretier geworden (behoorde tot de grote drie). Willem Parel, de orgelman was een van zijn toppers. In My Fair Lady trad hij op als professor Higgins. Zijn homofilie hield hij verborgen, hij vond niet dat dit bekend moest worden. Werk en privé leven wilde hij gescheiden houden. We leefden toen ook in een andere tijd. Inmiddels waren ook Mary Noordanus en Dick Zeldenrust in mijn leven verschenen. Wij hebben alle drie aan de Universiteit van Amsterdam gestudeerd. Een nieuwe opwaarterse gang van de NVSH moest nog komen en het was tijdens het voorzitterschap van Mary Zeldenrust-Noordanus dat deze gestalte kreeg. De vereniging zette de strijd in een nieuw jasje voort en niet zonder succes. In de twee vorige Infos beschreef ik mijn vriendschap met Jan Hanlo en Jef Last. Als ik nu zo terugdenk aan die lang vervlogen jaren veertig en vijftig, dan moet ik vaststellen dat het een uitzonderlijk interessant tijdperk was, ondanks de naoorlogse crises. Nederland werd weer opgebouwd, er heerste alom activiteit. Het COC in zijn huidige vorm kwam van de grond, mede door de inzet van Bob Angelo en Arent van Santhorst. Met beide onderhield ik jarenlang contact. Niet te voorzien was de snelle globalisering die de wereld ging beheersen en verder beheerst. De publieke informatievoorziening heeft naast voordelen ook grote nadelen, men denke hier aan het verspreiden van onjuiste informatie en voorlichting. Dat geldt zeker ook op het gebied van de seksualiteit. Zo worden bepaalde aspecten eenzijdig of onjuist belicht, met alle gevolgen van dien. Een terugslag is onvermijdelijk. Dr Frits Bernard Maart 2000
|