Citaten uitKamer, ontmasker karakter WildersWillem Aantjes oud-fractievoorzitter in de Tweede Kamer voor de ARP
en het CDA Partijen buigen ten onrechte mee met voorstellen van Geert Wilders. Hij verdient een krachtig weerwoord.Oppositie voeren tegen Wilders vergt politieke moedWilders kan tevreden zijn over de reacties op zijn kruistocht tegen alle landgenoten met een islamitische achtergrond in het algemeen en die in een politieke functie in het bijzonder. Weliswaar hult hij zijn acties in het kleed van een discussie over de verhouding van nationaliteit en loyaliteit, maar de eenzijdige manier waarop hij zijn doelwitten kiest, kan niet verhullen dat de eigenlijke achtergrond van religieuze want anti-islamitische aard is. In het parlementaire debat is daartegen van alle zijden stelling genomen maar tegelijkertijd probeert men hem de wind uit de zeilen te nemen door in gematigder vorm zijn onderwerp over te nemen. [...] De vraag is wel of Wilders ermee in de kaart wordt gespeeld dan wel
de wind uit de zeilen wordt genomen. Loyaliteit afhankelijk stellen van nationaliteit en religie (waarbij als vanzelfsprekend landgenoten met een oorspronkelijk tot in het derde en vierde geslacht allochtone achtergrond bij voorbaat verdacht zijn) is on-Nederlands, onchristelijk en ondemocratisch. Daar mag in het parlement best over gediscussieerd worden. Daar is het parlement voor. Maar dan wel om dit karakter ervan te ontmaskeren. Wie zijn oor op straat en in de supermarkten te luisteren legt, kan daar horen hoe breed het optreden van Wilders weerklank vindt. Dat zijn heus niet allemaal mensen die het in hun hart met hem eens zijn. Maar hun ontbreekt het weerwoord dat hen door hun regering en hun parlementaire vertegenwoordigers zou moeten worden aangereikt. Dat weerwoord is er wel in het parlementaire debat, maar de ondubbelzinnigheid ervan wordt verduisterd door de daarnaast aangedragen ’alternatieven’. Daarvoor is het nú net even het moment niet. Nu is het moment om het gezag, dat aan uitspraken van regering en parlement verbonden is, in te zetten ten behoeve van door het gedachtegoed van Wilders miskende en in het nauw gedreven Nederlanders. Hun positie roept om een krachtige stellingname op het hoogste gezagsniveau. De regering zou niet moeten afwachten tot zij daar door vragen vanuit het parlement toe genoopt wordt. Misschien is er wel enige moed voor nodig, want bij een deel van de bevolking zou zij daarmee tegen de stroom in roeien. [...] |