Vorige Start Omhoog Volgende

Sexuele hervorming vroeger en nu

Beknopte geschiedenis van de NVSH

1999, 1, 2 & 3, jan, maart & mei 1999

Geschiedenis betekent letterlijk: dat wat geschiedde (geschiedt), gebeurde (gebeurt), en het betekent ook de beschrijving daarvan. 

117 jaar geleden, in 1881, werd in Nederland de Nieuw-Malthusiaanse Bond (NMB) opgericht. De weg via geboortebeperking en geboorte-regeling naar de Nederlandse Vereniging voor Sexuele Hervorming (NVSH) is een lange. De uiteindelijke doelstelling: naar de volledige integratie van de sexualiteit in de menselijke persoonlijkheid, functionerende in een vrije, menswaardige samenleving is ook heden ten dage nog niet bereikt. 

In de eerste uiteenzetting van de NMB, met de titel Ons Programma, werd beschreven hoe de werkwijze van de Bond zich zou moeten structureren. Onder punt 6 van het programma lezen wij, dat in een langdurige onthouding of uitstel van het huwelijk - zoals door Malthus werd aanbevolen - de oorzaak gezocht moest worden van menige ziekte en van een groot aantal sexuele zonden; het vroege huwelijk daarentegen bevordert sexuele deugd, een huiselijk leven, maatschappelijk geluk en individuele gezondheid; maar het is een groot maatschappelijk kwaad voor mannen zowel als voor vrouwen om aan meer kinderen het leven te schenken dan zij kunnen voeden, kleden, huisvesten en opvoeden. 

Overbevolking werd gezien als de voornaamste bron van armoede, onwetendheid, misdaad en ziekte. De statuten (1881) vermelden: Het doel van de Vereniging is het verspreiden van kennis

De eerste algemene vergadering vindt plaats op 29 oktober 1882. Er werd toen o.a. besloten een groot bestuur te kiezen, om zodoende voldoende bestuursleden beschikbaar te hebben voor het geven van inlichtingen en het organiseren van plaatselijke activiteiten. In de eerste jaren verscheen een serie voorlichtingsboekjes, onder de naam Schetsen. Belangrijk was het vijfde deeltje dat over voorbehoedmiddelen ging. Deze publicatie werd een doorbraak en haalde grote oplagen (honderdduizenden exemplaren). En dan te bedenken dat in die dagen de auteursnaam niet vermeld werd! Daar was de tijd nog niet rijp voor. Maar de NMB was niet meer weg te denken. 

Tijdens de lange weg naar de uiteindelijke totstandkoming van de nieuwe structuur onder de naam Nederlandse Vereniging voor Sexuele Hervorming (NVSH) na de tweede wereldoorlog, ontstonden er in andere landen nieuwe initiatieven. Zo werd in Zweden het Riksfurbundet fur Sexuel Upplysning opgericht en in 1921 in Berlijn de Weltliga fur Sexualreform (WLSR)

De NMB ging uit van de grondgedachte de vooroordelen die er in sexualibus bestonden te lijf te gaan. Daarbij was voorlichting geven en vooral ook scholing van belang. Daarnaast moest er praktische hulpverlening geboden worden. Dat laatste bleek moeilijk, vanuit de maatschappij kwam verzet daartegen. De tijd was er blijkbaar nog niet rijp voor. Het Centraal Middelendepot (CMD) bleef vanaf het begin een cruciale rol spelen. In 1999 is het moeilijk ons voor te stellen hoe anders de omstandigheden toen waren! 

De hulpverlening kwam van de grond nadat de vorming van kundige medewerkers tot stand kwam. In 1900 kreeg de Bond plaatselijke afdelingen in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Middelburg. Er worden consultatiebureaus opgericht, onder leiding van het hoofdbestuur van de NMB. Het eerste in 1931 in Amsterdam, het: 'Dr.Aletta Jacobshuis, adviesbureau voor geslachtsleven, huwelijk en geboorteregeling'. Uit de naam kunnen we opmaken, dat nu op het hele gebied van het geslachtsleven hulp geboden zal worden, en niet alleen op het gebied van de geboorteregeling. Een duidelijke verruiming dus van taken. 

Bild aus der Sammlung eines Taillenfetischisten

In 1904 stelde de afdeling Amsterdam voor een tijdschrift uit te geven. Gekozen werd voor de naam Het Gelukkig Huisgezin (GH), dat op ongeregelde tijden verscheen. In 1928 werd het blad omgedoopt in Verstadig Ouderschap (VO), om duidelijk te maken dat het niet alleen om nieuw-malthusianisme ging maar om veel meer. Vanaf 1930 verschijnt VO maandelijks en de oplage vertoont een stijgende lijn. Het maandblad voorziet in een grote behoefte en de grootste belangstelling bij de lezers gaat uit naar de rubriek Wij Willen Weten (WWW). Daarnaast verschenen er propagande folders en brochures. Ook de door de Bond georganiseerde tentoonstellingen brachten de ideoplogie naar buiten. 

Genoemd moge hier worden de tentoonstelling Moeder en Kind (Amsterdam 1932), die door het hele land reisde. Dat er ook tegenwerkende krachten vanuit de maatschappij ontstonden moge duidelijk zijn, maar de Bond bleek strijdvaardig. En vanzelfsprekend waren er soms ook interne spanningen en conflicten, zowel binnen het Hoofdbestuur als in de afdelingen. Niet alles verliep zonder problemen. Maar de N.M.B. kreeg een stevige positie in Nederland.

Uiteraard brengt Wereldoorlog II de Bond en de consultatiebureaus in moeilijkheden, en in 1946 werd de naam van de Nederlandse Malthusiaanse Bond veranderd in Nederlandse Verenigng voor Sexuele Hervorming. De consultatiebureaus worden opnieuw opgericht. In een later stadium wordt het voorlichtende werk gescheiden van de praktische hulpverlening (ontkoppeling van NVSH en Stichting Consultatiebureaus). De statuten ondergaan belangrijke wijzigingen en worden sterk uitgebreid. Men spreekt van een nieuwe NVSH. 

De vereniging stelt zich ten doel 

bij te dragen tot de emancipatie van mens en gemeenschap , vooral op het gebied van de sexualiteit. 

Enkele relevante passages uit de statuten: 

Artikel 3:

a) alle mensen zijn gelijk in waardigheid; 
b) ieder mens heeft met inachtneming van zijn verantwoordelijkheid tegenover medemens, samenleving en milieu het recht in vrijheid een keuze te kunnen doen uit zijn mogelijkheden; 
c) de samenleving dient te waarborgen dat ieder mens volgens deze beginselen kan leven; 

Bovengenoemde beginselen gelden evenzeer voor sexueel gedrag als voor elk ander sociaal gedrag.

Artikel 5:
De vereniging tracht alleen of samen met verwante organisaties haar doel op grond van haar beginselen te bereiken door:

a) het bevorderen van bewustwording en van de mogelijkheid tot toepassing daarvan in het gedrags- en mentaliteitspatroon; 
b) het beïnvloeden van het maatschappelijk bestel, onder andere door het bevorderen van het totstandkomen van een wetgeving in de geest van de doelstellingen en beginselen van de vereniging; 
c) het verbreiden van het inzicht, dat voor sexueel gedrag dezelfde beginselen gelden als voor elk ander aspect van sociaal gedrag; 
d) het scheppen en/of verbeteren van voorzieningen om volgens deze beginselen te kunnen leven; 
e) het verstrekken van hulp en voorlichting aan individuen en groepen, uitgaande van de behoefte en belangen van de hulpvragenden; 
f) het bevorderen en/of verrichten van wetenschappelijk onderzoek en studie; 
g) het bestrijden van elke vorm van discriminatie; 
h) het oprichten en in stand houden van instellingen welke een gelijk of verwant doel nastreven, respectievelijk het daarin deelnemen of het daaraan verlenen van steun; 
h) het verrichten van al die activiteiten, die verder tot het doel bevoorderlijk zijn; 
i) het zich aldus op te stellen als landelijk orgaan voor samenlevingsopbouw. 

Eind 1969 vindt het belangrijke congres De staat als zedenmeester plaats, waarna de NVSH een nieuwe, modernere structuur kreeg. Nieuwe initiatieven ontstaan en het wetenschappelijk onderzoek wordt gestimuleerd. 

In de loop der jaren fluctueerde het aantal leden van de vereniging vrij sterk. Rond 1965 had de NVSH ca. 240.000 leden; thans zijn het er slechts enkele duizenden. Menige doelstelling van de vereniging werd inmiddels bereikt. Wij hebben een overzicht willen geven van enkele belangrijke aspecten van de ontwikkelingen, zonder natuurlijk volledig te kunnen zijn. 

Nog steeds spelen de afdelingen een belangrijke rol, en ook vooral het CMD, het Centraal Middelen Depot. Op haar hoogtepunt had de vereniging achtenveertig plaatselijke afdelingen, thans zijn het er veel minder. De NVSH geeft een blad uit onder de naam De Nieuwe Sekstant, dat in de tijdschriftenhandel verkrijgbaar is. Leden ontvangen het blad gratis.

Na de z.g. sexuele revolutie in de jaren zestig en zeventig kwam er een maatschappelijke terugslag. 

De NVSH is zeker nog niet overbodig, ze moge dan kleiner geworden zijn, maar er zijn nieuwe problemen rondom relaties en sexualiteit ontstaan die om oplossingen vragen. Gedurende jaren speelde de z.g. emancipatietheorie van Van Ussel in NVSH-kringen een belangrijke rol. Van Ussel onderscheidt drie stromingen in onze cultuur, te weten: 
Fase 1: Het streven naar verruiming op sexueel gebied (sexueel reformisme).
Houdt in dat men wil dat er meer mag dan voorheen. 
Fase 2: Het streven naar doorbreking van de bestaande sexuele normen (eng sexuele revolutie) 
Fase 3: Het streven naar sexuele bevrijding door emancipatie van mens en maatschappij. 

Er ontstaan steeds weer nieuwe visies op sexualiteit en emancipatie.
De vereniging moet alert blijven.

Afsplitsing

In december 1985 ontstaat er naast de Nederlandse Vereniging voor Sexuele Hervorming de Rotterdamse Vereniging voor Sexuele Hervorming (RVSH), speciaal voor de regio Rotterdam. Deze vereniging beoogt de voortzetting van de activiteiten van de Afdeling Rotterdam van de NVSH, ingeval van het risico dat deze wordt opgeheven, dan wel materieel in haar functioneren wordt belemmerd. 

De inhoud van de statuten van deze nieuwe vereniging is in principe gelijk aan die van de NVSH. Beide verenigingen geven samen een tweemaandelijks Info uit onder de naam RVSH/NVSH Info, waarin de agenda betreffende de werkgroepen opgenomen is. Daarin informatie over o.a. de volgende avondactiviteiten: 

cafe erotique, 
exhibitionisten avond, 
open avond pedofilie (ontmoeting, voorlichting en hulpverlening; er is een zeer uitgebreide literatuurtafel aanwezig), 
safe sex ontmoetingsavond,
travestie & transsexualiteit (voorlichting en hulpverlening is mogelijk),
zaterdagavondsocieteit, 
enz. 

De adressen in andere steden worden ook vermeld en het nummer van de hulptelefoon. 

Ideeen aangaande sexualiteit waren ten allen tijde onderwerp van discussie en dat zal ook wel zo blijven. Normen en waarden veranderen voortdurend, alles is steeds in beweging. 

Literatuur (bronnen):

Abrink, Ge, : Sexuele hervorming in Nederland 1881-1971; 100 jaar NMB NVSH, een verleden, een heden en een toekomst (uitgave NVSH), 1991 

Anten, W .M.H.: Het nieuw-Malthusianisme in een nieuw licht bezien; Amersfoort 1890

Anten, W .M.H.: Een krachtig voorbehoedmiddel tegen armoede. Wenken bij het maken van propaganda; Den haag 1903

ASPECTEN: onder redactie van C.van Emde Boas, A.T.van Duinen, H.L.C.Jaffé, J.Kruithof,Th de Vries en J .Koops; uitgegeven door de NVSH

Baruch, ].Z.: Hij. zij en de NVSH; uitgegeven door de NVSH, Den Haag 1955

Bernard, F.: Pedofilie, Aquarius, Bussum 1974 

Blomquist, C.: Abortus. De ethiek van de abortus provocatus; Alpha boek, Den Haag 1968

Brand, W.: Bevolkingsexplosie; Amsterdam 1961 

Christen, Th.: De groote volksziekten van onze tijd; Reiner Leven (22), Soest 1913

Egleson, J.en ].F.: Ouders zonder partner; Alpha boek Den Haag 1965

Kramer, R.: Het Neo-Malthusianisme en het beginsel der revolutie; Kampen 1908

Pleysier, A.: Waarom de NVSH?; uitgegeven door de NVSH, Den Haag 1961

Sexuele Hervorming; reeks geschriften van de , Wereldbond voor sexuele hervorming, W.L.S.R.   ZeIdenrust-Noordanus, M.: Leven in gezinsverband; De invloed van de gezinsrelatie en het gedrag van kinderen; Haarlem 1959

Ussel, J.M.W. van: Geschiedenis van het sexuele probleem, Meppel 1968 

Zuylen van Nuyeveldt, J.P.P.van: Armoede en over- bevolking, Zwolle 1848

Voorts: 
Verstandig Ouderschap; Sekstant, Nieuwe Sekstant, RVSH NVSH Info; 
diverse verslagen, brieven.

 

Vorige Start Omhoog Volgende