Citaten uitDe Burke Stichting staat paraatPieter van Os en Hubert Smeets, De Groene Amsterdammer 21 oktober 2005 Eind april 2005 schreef Bart Jan Spruyt in een interne beleidsnotitie dat de Edmund Burke Stichting zich moet voorbereiden op het moment dat «de ultieme provocatie of een crisis het systeem doet imploderen en ongekende politieke ruimte schept». Op dat uur U zou de Burke Stichting dan als enig geloofwaardig alternatief «klaar» moeten staan. De toestand van Nederland volgens de «herstichte» Edmund Burke Stichting. In januari 2005 maakte kamerlid Geert Wilders een korte reis door de Verenigde Staten om in contact te komen met geestverwanten uit de Amerikaanse journalistiek, politiek en wetenschap. De reis was mede georganiseerd door directeur Bart Jan Spruyt van de Edmund Burke Stichting. De Amerikaanse multinational Pfizer gaf in New York ook acte de présence. Pfizer was toen een van de sponsors van de Edmund Burke Stichting, de conservatieve denktank die daarover discreet zweeg, totdat De Groene Amsterdammer vorige week de naam van Pfizer bekendmaakte. Spruyt bevestigt nu ook dat het farmaceutische bedrijf zijn stichting in de loop der jaren heeft gesponsord, en wel met twee ton. In lijn met het officiële beleid van Pfizer wil hij echter geen concrete bedragen noemen. Betrouwbare bronnen van De Groene Amsterdammer komen tot een andere cijfermatige opstelling dan Spruyt. Om precies te zijn:
Dat komt in totaal neer op 431.000 dollar, inderdaad iets minder dan de 460.000 die dit weekblad vorige week meldde. [...] De officiële verklaring van Pfizer over de onderlinge verhoudingen verwijst
[...]niet expliciet naar Wilders als reden om de samenwerking te staken.
Dat laatste spoort met het verschil van inzicht dat al eerder aan het licht was gekomen bij die bijeenkomst met Wilders en Spruyt in New York. Gary Rosen, redactiechef van het tijdschrift Commentary dat het initiatief daartoe had genomen, herinnert zich:
[...] In eigen kring in Nederland kreeg Spruyt in dezelfde periode ook steeds meer kritiek op zijn contacten met Wilders. [...]
Spruyt hield voet bij stuk. In het mei nummer van het Historisch Nieuwsblad onthulde hij publiekelijk zijn politieke ambities. [...] Op de bestuursvergadering van zaterdag 23 april escaleerde het conflict tussen de directeur en het bestuur. Op vrijdag 22 april had voorzitter Peter Bouma, werkzaam bij de Rabobank, een gesprek onder vier ogen met Spruyt om af te tasten of de ophanden zijnde breuk nog was te lijmen. Spruyts ontslag was in aantocht.
Tijdens dat gesprek op de 22ste overhandigde Spruyt Bouma zijn strategische notitie. De inhoud ervan kon het tij niet keren. De volgende dag stapte niet Spruyt op, maar vier van de vijf bestuursleden: te weten voorzitter Bouma (CDA) en de bestuursleden Jan Leendert van den Heuvel (SGP), Bas Wiegmans (CDA) alsmede Edwin van de Haar (VVD). De vier hadden geen vertrouwen meer in Spruyt, maar wilden ook geen openlijk conflict. Alleen Michiel Visser bleef zitten. [...] De ineenstorting van Nederland? Jazeker. In zijn geheime notitie van eind april 2005, die dit weekblad heeft gelezen, preludeerde Spruyt op een implosie.
Maar dat is niet genoeg. In het zicht van de fase die tussen nu en 2010 gaat komen, is er meer slagkracht van de gelederen nodig. De Burke Stichting moest volgens Spruyt niet alleen ambities hebben, maar ook instrumenten om die te realiseren. [...] [... H]et public-policy- programma van de stichting dat het politieke klimaat met concrete studies wil beïnvloeden (...) laat te wensen over. Het programma richt zich op bestaande partijen en instituties, kortom, op de verkeerde doelgroep en kan dus niet genoeg «kritische massa» ontwikkelen. Waarom te weinig kritische massa? Spruyt analyseerde de toestand in zijn vertrouwelijke nota van april zo:
Het begrip MPP ontleende Spruyt aan de naar zijn zeggen «briljante politiek filosoof ACP». ACP is een pseudoniem van een internetdebater die volgens zijn e-mailadres A.C. Postma heet. Spruyt zelf schreef ACP indachtig:
Omdat de hoop op veranderingen binnen de gevestigde politieke partijen ijdel bleek en ook Wilders volgens de MPP-theorie zou kunnen worden ingekapseld, is een koerswending volgens Spruyt nu toch echt geboden. Die biedt ook perspectief. Want
Volgens hem moest daarom ook het budget tot 750.000 euro worden verhoogd. Dat geld is noodzakelijk om een leger te bouwen dat «klaar staat» na de verhoopte «paradigma wisseling». Bart Jan Spruyt:
Waarna Spruyt aan de vooravond van de bestuursvergadering een aantal concrete voorstellen deed om de «weeffouten» te corrigeren. Kort samengevat kwamen ze erop neer dat de directie als executive alle uitvoerende macht moet krijgen, ook over een platform van ondernemers die fondsen moeten gaan werven, en dat het bestuur als een curatorium zal moeten functioneren. Dat zal bestaan uit «drie of vier conservatieven van onvervalste snit», die bij wijze van «checks and balances» alleen nog maar het «recht van amendement» hebben. Een dag later kon Spruyt al aan deze strategie gaan werken, zonder de vier critici uit het ingekrompen bestuur, maar samen met de nieuwe voorzitter professor Andreas Kinneging uit Leiden. Kinneging verklaart nu desgevraagd dat hij het essay in het Historisch Nieuwsblad niet heeft gelezen. «Maar hem kennende was het vast een boeiend stuk», aldus Kinneging. Dat budget van driekwart miljoen euro bleef vooralsnog achterwege. Maar vijf maanden nadat het bestuur op het door Spruyt gesignaleerde «kruispunt van wegen» was afgehaakt, besloot de «herstichte» Burke Stichting zich weer te gaan concentreren op haar «core business»: «Het bediscussiëren en uitdragen van de conservatieve filosofie.» Aan de «hybride» structuur kwam een einde door de breuk tussen de «hervormde» Burke Stichting en het nieuwe European Independent Institute, opgezet door twee voormalige medewerkers van de Burke Stichting. Ideologisch passen beide denktanks slecht bij elkaar. De Burke Stichting heeft behalve op immigratie en de islamisering van Nederland de afgelopen jaren ook gewezen op het belang van sociaal-conservatieve waarden, vooral bij monde van voorzitter Andreas Kinneging. Sander Boon van het European Independent Institute:
Spruyt zelf staat nog steeds achter zijn strategie. Hersticht gaat de Burke Stichting zijn notitie van april nu implementeren. Zoek de verschillenToon en woordgebruik van de interne notitie van Bart Jan Spruyt van de Edmund Burke Stichting doen denken aan die van Lenin. Bijvoorbeeld aan diens uit 1902 daterende Wat te doen, een standaard werk omdat het de basis zou worden voor de communistische partij die in 1917 de macht in Rusland veroverde. Volgens Lenin verkeerde de arbeidersbeweging begin twintigste eeuw in een fase die wordt gekenmerkt door «zwalkend legalisme». In Wat te doen kondigde hij de «liquidatie» van die fase aan. Enkele passages.
|