Bescheidenheid siert de mensWeblog # 30 - Tegenwicht, 9 september 2005 In het Einstein-jaar werden en worden we verrast met menige goede beschouwing over Einstein's ontdekkingen van een eeuw geleden. Zo verscheen in NRC Magazine van augustus 2005 een interessant artikel van Robert Dijkgraaf: "Vijf vragen voor de Einstein van nu". Daarin staat iets dat ons tot nu toe onbekend was, namelijk dat
Dit wisten wij niet. Nu zijn wij, hoe geleerd ook, geen bèta's maar alpha's, en een mens kan niet alles weten. Juist dit zet aan het denkenAls het de homo sapiens nog maar net lukt om vijf procent van het heelal te begrijpen, dan mag die homo sapiens wel eens wat bescheidener worden. Hij zou eens kunnen erkennen dat er krachten bestaan die zijn aardse pet te boven gaan. Met name van pure energie weten we niets. Dat maakt het bestaan van hogere krachten, machten, velden, energieën of wezens alleen maar logischer en waarschijnlijker. Dat ze bestaan weten we al. We weten daar zo weinig van af dat elke poging om die krachten een naam te geven wel moet falen. "Jaweh", "God", "Allah", "Intelligent Degign" ... pogingen tot het geven van een naam aan het onbenoembare. Wie in de kiosken de opiniebladen een beetje volgt - wat wij doen - ziet dat er tegenwoordig een hele rij spirituele bladen te zien is. Wellicht is Prana de beste, al mogen Religie en Spiritualeit en Paravisie zeker ook genoemd worden. Wie daar nu en dan iets in leest, komt voortdurend termen als 'hogere energie', 'fijn-stoffelijke energie', 'hogere frequenties', 'energievelden' of 'lichtwezens' en zo meer tegen. Men spreekt er volop van een nieuw Aquarius tijdperk, van een aflopende Maya kalender, van eindigende voorspellingen van Nostradamus, van een mogelijk op handen zijnde sprong is de ontwikkeling van het bewustzijn van de mens, nu de globale mens en de mens die het heelal in kijkt. Het zou natuurlijk mooi zijn. Onzin?Zeg dit niet te snel, zolang 95% van het heelal uit 'zoiets' schijnt te bestaan en zolang we dit nog niet hebben kunnen verklaren. Bij die 95% faalt de natuurkunde vooralsnog. Zullen we dan toch maar eens gaan kijken bij de theologie, filosofie, spiritualiteit? Bescheidenheid siert de natuurkundige, siert de homo sapiens.
|