Vorige Start Omhoog Volgende

Jongeren over hun toekomst

Tegenwicht weblog # 79, 10 maart 2007

De Verdieping van Trouw op 10 maart 2007 opent hiermee. Het gaat niet over mooie toekomstdromen, huisje-boompje-beestje, trouwen of pensioen. Nee, het gaat over de harde realiteit van werkloosheid. Over opleidingen die geen toekomstperspectief bieden.

Toekomst en arbeid

Scholing is investeren in de toekomst. Toch kiezen jongeren massaal voor het hier en nu. Ze willen een opleiding die ze leuk vinden, zonder daarbij realistisch te kijken naar de toekomst. Een opleiding wordt gekozen op maatschappelijke status, zoals de kappersopleiding. Er is echter een overvloed aan kapsters… In de zorg is wel voldoende werk te vinden én het betaalt veel beter, toch zijn die opleidingen niet populair. 
Jongeren kiezen

populaire studies, 

snel geld (uitzendbaantjes) of

volgen hun hart.

In het artikel wordt gesteld dat ouders te weinig hun kinderen sturen om een opleiding te zoeken mét toekomstperspectief. Ook wordt gesteld dat het CWI, scholengemeenschappen en scholen te weinig samen werken. Het is een gemeenschappelijk probleem. Samenwerking tussen instanties zou een oplossing kunnen bieden. Betere voorlichting om mee te beginnen. 

Volgens mij ligt het probleem niet bij de ouders en niet bij een gebrekkige samenwerking van organisaties. Het probleem ligt dieper, het ligt verankerd in onze culturele en morele opvattingen omtrent werk en keuze. 

Werk:
Uitzendbaantjes zijn populair bij jongeren. Jongeren verdienen al vroeg een zakcentje bij om hun hobby’s, merkkleding, mobieltjes en dure vakanties te betalen. Dit wordt gestimuleerd door onze traditionele opvatting over werken. ‘Bid en werk’ – het Calvinisme heeft altijd werken als een christelijke deugd onderwezen. 
En bijbaantje is goed voor je CV, geld geeft je vrijheid, status en macht. De valkuil is dat je niet meer toekomt aan het behalen van een vakdiploma en daardoor met je 23e te duur bent en op straat beland… 
 

Keuze:
Van jongs af aan wordt onze kinderen geleerd om te kiezen wat ze leuk vinden. Waar voel je je goed bij? Het is een positieve kracht om dicht bij jezelf te blijven, om van je kwaliteiten en hobby’s je werk te maken. Maar dan moet er wel een realistische kans op werk zijn in dat werkveld. Het zoeken naar de opleiding die bij je past gaat met behulp van allerlei tests die je interesses en kwaliteiten meten. Er wordt met zulke tests niet gekeken naar de vraag op de arbeidsmarkt. 

Wat nu?

Zonder nu de pretentie te hebben een oplossing te kunnen bieden, denk ik dat het belangrijk is om allereerst eens met elkaar na te denken over die culturele en morele opvattingen. Laten we ons eens afvragen of het wel zo ‘gewild’ is dat veertienjarige pubers al volop werken. Laten we ons eens afvragen of we in onze keuzes vooral bij onszelf te raden moeten gaan, of om vooral ook te kijken naar wat er nodig is. Een beetje meer communitarisme misschien? 

Lees meer: 

“Communitarisme voor beginners” 
http://www.vpro.nl/programma/tegenlicht/afleveringen/18793664/items/19265657/
of zie hier: Communitarisme.