Essay # 43
Neo-conservatisme in Nederland
Conservatief Manifest
We beginnen het verhaal op 18 oktober 2003, toen de lezers
van Trouw werden opgeschrikt met een heus Conservatief
Manifest. →
|
We lezen veel "moet" en "dient". |
|
De toon is autoritair en paternalistisch. |
|
Mensen ontwikkelen wordt vertaald als mensen disciplineren. |
|
Vrijheid is slechts weggelegd voor enkelen ten koste van die van
anderen. |
|
Westerse verworvenheden worden neergezet als decadentie. |
|
Een verworvenheid als de onafhankelijkheid van de rechter wordt
prijsgegeven in ruil voor populisme. |
|
Het grote voorbeeld is Uncle Sam - u kent hem wel: die van
Guantánamo Bay. |
|
Men wil 'onafhankelijke' dus ongesubsidieerde - lees: rijke of
gesponsorde -parlementsleden. |
|
Het 'recht' wordt dat van de sterkste en rijkste. |
|
De basis is angst voor 'het andere', het antwoord is: macht: |
|
De dictatuur van de blanke en burgerlijke meerderheid gaan 'de
anderen' niet toelaten, arm houden, vastzetten en uitwijzen. |
|
Men is tegen een bemoeizuchtige overheid, maar is zelf wel erg
bemoeizuchtig. |
|
Men verzet zich sterk tegen de islam, maar niet tegen de daar
geldende idealen van kuisheid en gezagsgetrouwheid. |
|
Uit het Conservatief Manifest
Het conservatisme is de aartsvijand van het
linkse, progressieve denken.
De kern van het conservatisme is dat de mens niet
als vanzelf het goede doet.
Nederland moet de Amerikaanse lessen ter harte nemen.
De Nederlandse gevangenis kan een stuk soberder. De straffen moeten langer
worden, de vervroegde automatische invrijheidsstelling is achterhaald [....] Wellicht valt het te overwegen om rechters rechtstreeks door de bevolking te
laten kiezen.
De 'islamisering van Nederland' is een uitdaging waarop het
'multiculturalisme' - de gedachte dat alle culturen gelijkwaardig zijn en in
harmonie samen kunnen leven - het verkeerde antwoord is.
Dit betekent dat Nederland [...]een strengere immigratiepolitiek moet voeren,
die er op neerkomt dat alleen mensen die nuttig zijn voor de Nederlandse
samenleving nog welkom zijn.
Voor asielzoekers dient [...] in Nederland geen plaats meer te zijn.
Bijstand en WW moeten beperkt worden. |
|
Men is erg kritisch, behalve op zichzelf en de eigen ideeën. Men ziet
de innerlijke tegenstrijdigheden en paradoxen in het geheel niet. Men
schreeuwt alleen het eigen gelijk van de daken. |
Dit vroeg natuurlijk om
Reacties.
Trouw van een week later, 25 oktober 2003 geeft er alle ruimte aan.
|
Filosoof Hans Achterhuis:
men verzet zich tegen 'de jaren zestig'
met een inhoud en een stijl die regelrecht daaruit voortkomt. Men
simplificeert, men analyseert onvoldoende. Men komt met concrete
politieke programmapunten in plaats van met doordachte ideeën.
Zelfs de democratiseringsgolf in de jaren zestig en zeventig zag in
dat een gekozen rechter zijn onafhankelijkheid zal verliezen. Men
verkwanselt het conservatisme.
Verkwanseling van het conservatisme;
Hans Achterhuis; Trouw 25 oktober 2003.
|
|
Jos de Beus
noemt het manifest "onvoldragen en problematisch" en signaleert
"de verwarring tussen conservatisme en Neerlandocentrisme".
|
"Spruyt en Visser beweren dat de westerse cultuur superieur is in haar
vermogen tot overleving, uitbreiding en bloei. Maar ze beweren in een en
dezelfde adem ook dat de westerse cultuur inferieur is in haar zelfbescherming.
Zij wordt immers van binnenuit bedreigd door misdadigers, niet-westerse
immigranten, parasiterende gebruikers van sociale rechten, gemakzuchtige
scholieren en studenten, en onzekere of verraderlijke elites."
"Mijn grootste bezwaar tegen het Conservatief Manifest
betreft een denkfout in de waakzame verdediging van de open samenleving die
steeds vaker wordt gemaakt. Wat doorklinkt in beschouwingen van rechtse
intellectuelen is dat men de open samenleving verdedigt met de middelen van
gesloten samenlevingen en dat men terugvalt op de macht van het getal en het
institutionele overwicht van de blanke meerderheid zonder enige tucht en
zelfbeperking aan de zijde van de rechtse achterban zelf."
"Het manifest heeft de neiging een bepaalde verbinding tussen machtspolitiek
en groepsegoïsme door en voor gevestigde Nederlanders als een ethische daad te
presenteren. Dat lijkt me een misbruik van de conservatieve canon
[...]".
Nieuw rechts in Nederland; Jos de Beus, Trouw 25 oktober 2003
|
Dick Pels
wijst op "de stellige, apodictische toon van het manifest, dat
zwelgt in de hyperbolische uitdrukkingen."
"Het eerste opvallende kenmerk van [ ... het Conservatief Manifest] is dat het
in al zijn hoofdpunten door en door Fortuynistisch is. Er zijn wat kleine
verschillen
[...]
maar de overeenkomsten zijn frappant en veel talrijker. Sterker nog: er staat
geen enkele gedachte in dit manifest, die niet ook bij Fortuyn is te vinden.
Maar de Rotterdamse goeroe wordt nergens als intellectuele inspiratiebron
genoemd."
"Net als Fortuyn staan de conservatieven voor de 'onvoorwaardelijke'
verdediging van 'de' westerse beschaving en de Nederlandse identiteit tegen
'wezenvreemde' en 'achterlijke' culturen zoals met name 'de' islam. Dit streven
krijgt praktische vorm in een streng assimilatie- en immigratiebeleid, waarbij
de grenzen moeten worden dichtgegooid, zonodig internationale verdragen moeten
worden opgezegd, en een actieve remigratie moet worden bevorderd (zover ging
Fortuyn niet eens!)."
"Dat de mens is geneigd tot alle kwaad wordt in elk geval bewezen door de
conservatieven zelf, die onmiddellijk ten prooi vallen aan de eerste der zeven
hoofdzonden: die van de hoogmoed (ze lijden zoals we zagen ook aan een andere
doodzonde, die van de toorn). Terwijl zij de Verlichting afschilderen als een
vorm van hubris, werpen zij zichzelf hooghartig op als spreekbuizen van 'de'
menselijke natuur en van 'de' westerse beschaving. Het idee van de natuurlijke slechtheid van de mens is natuurlijk even
dogmatisch als het tegenovergestelde idee over zijn natuurlijke goedheid. In
feite wordt hier een bepaalde gevoelsstemming (pessimisme) verheven tot een
universele filosofie."
"[...I]n het algemeen is het conservatisme een typische macho-ideologie,
waarin zwakheid (vrouwelijkheid? onzekerheid? relativering?) niet wordt geduld,
slapheid en afhankelijkheid (zoals die bijvoorbeeld worden geproduceerd door de
verzorgingsstaat) worden gehoond, en een 'Romeinse' pose van hardheid en
fierheid wordt gecultiveerd.
Een rauw voorbeeld van die conservatieve arrogantie is te vinden in het
voorstel voor een strengere immigratiepolitiek waarin alleen mensen die 'nuttig'
zijn voor de Nederlandse samenleving nog welkom zijn. Nuttig zijn hoogopgeleide
mensen die gemakkelijk Nederlands leren, snel aan een baan kunnen komen en
daardoor 'een positieve bijdrage' leveren aan de Nederlandse samenleving. Ons
Soort Mensen dus."
"Kortom: het Conservatief Manifest is een evangelie van de
onverdraagzaamheid. [...] Tegenover die intellectuele heerszucht stel ik
liever een zelfbewuste onzekerheid, een zwakke identiteit. Een onzeker idee van
Nederland: dat is wat we nodig hebben om in vrede en verdraagzaamheid met elkaar
te leven."
Liever een onzeker idee van Nederland; Dick Pels, Trouw 25 oktober 2003
|
| Thomas von der Dunk
ziet "de auteurs van het conservatieve antwoord op de crisis in Nederland buigen
voor de waan van de dag die in criminele Marokkaantjes dé grote bedreiging van
het Westen zien."
"Sinds de neomarxistische modegolf van drie decennia geleden is in Nederland
zelden meer een betoog op papier gezet dat zo pretentieus is en tegelijk van een
vergaande historische onwetendheid getuigt."
"Het ergst is de inconsistentie van hun betoog."
"Zij hebben vooral één remedie: alvorens
nog allochtonen toe te laten moet hun kennis van de Nederlandse beschaving en
geschiedenis getest worden. Indien daarbij het woordje 'Nederlands' door
`Europees' zou worden vervangen, lijdt het geen twijfel, of de beide auteurs
zouden voor zo'n examen zijn gezakt."
Conservatief antwoord op de crisis is één grote gotspe;
Thomas von der Dunk, NRC 30 oktober 2003
|
|
Ad Fransen
De tegenwoordig doorgaans conservatieve HP - De Tijd komt met een
zeer kritisch artikel, een interview met Spruyt:
"Wij willen onze belangen niet in macht omsmeden, maar onze ideeën
omzetten in een breed maatschappelijk debat. Ik geloof in de macht van goede
ideeën die de foute ideeën van de jaren zestig kunnen repareren." [...]
"Ik weet helemaal niet of de jaren vijftig zo bedompt waren. Het gaat ons
helemaal niet om de jaren vijftig van welke eeuw dan ook." O, u
wilt nog een eeuw extra terug? "Waarom niet, alles beter dan wat
er na 1968 is gebeurd. Sindsdien is het veel te gemakkelijk geworden om te
scheiden." [...]
"We zijn als enig land zo gek geweest om het homohuwelijk in te voeren. Dat
zou al te denken moeten geven. Het huwelijk en gezin hebben zich als
traditionele waarden al duizenden jaren bewezen. Dus is het homohuwelijk
tegennatuurlijk." [...]
"Bepaalde uitingen van de islam zijn gewoon inferieur aan ons westerse
beschavingsideaal Dan zijn beperking en waakzaamheid op hun plaats."
Waakzaamheid, fierheid, moed, weerstand en hardheid - het wemelt van
dergelijke termen in' uw pamflet. Terug naar tucht, orde, karakter en
discipline.
"Ja, we zijn toe aan een mentaliteitsomslag. Wat is er mis met morele
hardheid, in de zin van dat je beseft wat je plichten en verantwoordelijkheden
zijn? Wat heb je aan die weke mentaliteit waarbij mensen van de samenleving
verlangen dat ze gelukkig worden? En als dat niet gebeurt, wijzen ze naar
anderen of de overheid. Je moet het zelf doen."
'Wat is er mis met morele hardheid?'
Ad Fransen, HP-Tijd 31 oktober 2003
|
|
Theo Brand:
"Op links regeren het dogma, de leegte en het onvermogen, betoogde
conservatief denker Spruyt in Trouw. Maar zelf heeft het conservatisme geen
antwoord op de grootste bedreiging voor traditionele waarden: het ongebreideld
kapitalisme."
"Wie traditionele waarden en gemeenschappen wil beschermen en
tegelijk ruim baan biedt aan ongebreideld kapitalisme, komt in een spagaat
terecht die elke maatschappelijke progressie onmogelijk maakt."
Conservatieven maken onmogelijke spagaat;
Theo Brand, Trouw 5 december 2003
|
Inmiddels had Bart Jan Spruyt op de kritiek gereageerd door nog eens goed uit
te leggen wat het conservatisme is en dat dit het enige antwoord is op de
huidige problemen van ons land.
"De publicatie van ons manifest heeft veel reacties opgeroepen. Ook interne
reacties, waarbij meer traditionele conservatieven hun kritische kanttekeningen
plaatsten bij de accentverschuiving naar een meer gepolitiseerde vorm van
conservatisme, en de neoconservatieven de urgentie van deze stap benadrukten.
"
"Hun reacties hebben bij ons vooral tot verbazing geleid. Het viel ons op dat
niemand inging op de gesignaleerde problemen zelf."
In een moderne samenleving is niets zo noodzakelijk als conservatisme;
Bart Jan Spruyt, Trouw 29 november 2003
Multicultureel Manifest
Mohammed Benzakour, Nanda Oudejans en Harald van Veghel reageren in Trouw op 1 november 2003
met een Multicultureel Manifest.
"Het Conservatief Manifest komt neer op repressie en discriminatie van het
andere ras en de andere godsdienst en het enige wat men wil behouden is de
welvaart in eigen kring: totalitair egoïsme verpakt als conservatisme."
"Los van het a-historische karakter van het manifest (...) is zij onwaarachtig
op het moment dat twee volstrekt ongelijke grootheden tegenover elkaar worden
uitgespeeld. Een godsdienst ('de Islam') wordt opgevoerd als antagonist
tegenover een demografische en geografische entiteit ('het Westen'). [...]
Deze redenatie is demagogisch omdat ze de suggestie
wekt dat 'het Westen' het achterlijke stadium van de godsdienst reeds verlaten
heeft, terwijl de term 'Islam' associaties oproept met een veel primitievere
fase."
"Door de eigen religieuze wortels van de westerse beschaving te negeren wordt
het pad geëffend waarop het Westen (dat het achterlijke stadium van godsdienst
heeft verlaten) en de islam als onverzoenbaar tegenover elkaar worden gesteld.
De overtuiging dat de islam irrationeel is en geen verlichting kent is
alomtegenwoordig. De gelijkstelling van de islam aan onverdraagzaamheid en
fundamentalisme hoort daarbij.
De werkelijkheid is echter een andere. De idee
dat de islam in essentie gedragen wordt door waarden die haaks op de 'onze'
staan, is vanuit alleen al historisch (laat staan theologisch) oogpunt
onhoudbaar."
"Uit vrees voor de islamisering van onze cultuur, aldus het Conservatief
Manifest, moet een onmiddellijk einde komen aan immigratie en is er voor
asielzoekers geen plaats meer in de Nederlandse samenleving. Maar integratie en
immigratie zijn twee verschillende vraagstukken."
"Ziehier de paradox van de monoculturalisten: enerzijds steken zij de loftrompet op het individu, anderzijds beseffen zij
niet dat hun sterk uniformerende gedachtegoed (één taal, één geschiedenis,
één volk, één land, één loyaliteit) de uniciteit van het individu
onbarmhartig de nek omdraait. Jawel, men is voor vrijheid van meningsuiting,
zeker, maar niet voor iemand die er anders over denkt.
[...]
Wanneer de menselijke pluraliteit het zwijgen wordt opgelegd, bevinden we ons
politiek in donkere tijden. Het licht van de rede en morele sensitiviteit dooft
uit en het gesprek verstomt in een verblinding van onbehagen, angst en haat: het
monoculturele drama in volle glorie."
"In plaats van de ander te vangen in een imaginair beeld dat wij van hem
creëren (achterlijk, onverdraagzaam, fundamentalistisch) moet een begin gemaakt
worden met luisteren. Luisteren naar hoe de wereld in al haar duizelingwekkende
verscheidenheid voor die ander verschijnt, luisteren met de kracht van een
onbevangen verbeelding."
"Of we het leuk vinden of niet,
de multicultuur zál het toekomstige brandpunt zijn van de Europese democratie,
en elke politieke of sociale kracht die daaraan afbreuk doet, zal het
onvermijdelijke tegendeel uitlokken: segregatie; afkering en afsplitsing, in
sociaal, psychologisch, cultureel, religieus opzicht, en vaak gaan die dingen
samen."
"[D]e kracht [...] van de Verlichtingstraditie [is]: een
institutionele, organische samenleving die met politieke realiteitszin
afhankelijkheden, voorkeuren, smaken én belevingen fijntjes op elkaar afstemt.
Het monoculturele drama dat zich vandaag lijkt te voltrekken is de grootste
bedreiging voor deze kostbare maar kwetsbare Verlichtingstraditie. En daarmee
voor de maatschappelijke vrede. |
De Edmund Burke Stichting
Hier laten wij een gastschrijfster aan het woord, Maria Trepp. Wij citeren
uit
Een “conservatieve
revolutie”? De Edmund Burke Stichting en haar tegenstanders, en wel een deel
van het eerste hoofdstuk hiervan, De Edmund
Burke Stichting.
De Edmund Burke Stichting, een rechtse denktank van
voornamelijk witte mannen, werd opgericht in 2000/2001 als en denktank naar
Amerikaans model. Het praktische programma van de conservatieven werd gekenmerkt
door grote zorg over de staat van gezin, maatschappelijke organisaties, school,
universiteit en andere instituties die zij van belang achten voor de overdracht
van de deugden. Marcel ten Hooven:
“Weerzin tegen de geestelijke nalatenschap
van de jaren zestig was een rode draad in de publicaties en op de website van de
Burkestichting.”
In het begin kon de Burke Stichting ook mensen
uit de christen-democratische en de gereformeerde kringen betrekken: Dries Van
Agt , H. Hillen (CDA) en E. van Middelkoop (ChristenUnie). [...]
Nadat de Burke Stichting in 2004 via Bart Jan
Spruyt een samenwerking met Geert Wilders begon hebben de gematigde
conservatieven de Stichting verlaten. [...]
In de herfst 2003 is in de brochure 'De crisis in
Nederland en het conservatieve antwoord' een omslagpunt in het denken van de
Burke Stichting te constateren. Van een nadruk op een breed conservatisme en
private deugden wordt nu overgeschakeld naar een nadruk op [strenge] politie, justitie en
defensie [...].
Het nieuwe Nederlandse conservatisme geeft zich
vanaf 2003 steeds duidelijker te kennen als rechts populisme, met Spruyts eerst
inofficiële (vanaf september 2004), dan officiële samenwerking met Wilders (2005/2006) als
hoogtepunt.
In augustus 2006 is de spijt hierover groot: Spruyt verbreekt zijn
samenwerking met Wilders, omdat Wilders niet met de andere rechtspopulistische
partijen wil samenwerken, en de “conservatieve”, dat wil zeggen:
rechtspopulistische, beweging, volledig verbrokkeld is, en geen electoraal
succes kan verwachten.
In de Burke Stichting waren [...] vier
verschillende conservatieve richtingen verenigd [...]:
|
sceptisch conservatisme, |
|
historisch conservatisme, |
| natuurrechtelijk conservatisme [...]
en de |
| revolutionair-neoconservatieve
richting. [...] |
De Burke
Stichting streeft een Ronald Reagan-Agenda na en steunt Geert [...] Wilders. De Edmund Burke
Stichting is o.a. “een schaduwuniversiteit” waar de nieuwe
conservatieve elite wordt klaargestoomd. Zo’n 450 studenten zijn volgens de
Volkskrant bij Burke betrokken.
[...]
De Burke Stichting is
sterk geïnspireerd door een apocalyptische visie.
Zonde, decadentie en ondergang domineren hun denken. John Gray spreekt over
het merkwaardige bondgenootschap, dat christelijke apocalyptische
fundamentalisten hebben gesloten met Verlichtingsfundamentalisten [en dit
bondgenootschap kunnen we in Leiden uitstekend bestuderen]. |
Leiden in last
Dit laatste doet Maria Trepp dan ook. Zij schrijft er een omvangrijk essay
over. In de verkorte versie hiervan beschrijft zij de mensen op wie zij kritiek
heeft. Die verkorte versie is hier ook opgenomen:
De verkorte versie verwijst naar het veel langere stuk “Het achterhaalde conservatisme aan de
Universiteit Leiden”, te lezen op < www.passagenproject.com/conservatisme.html
> waar
feiten en citaten met verwijzingen naar artikelen en boeken zijn
gedocumenteerd.
Dit stuk is met zijn 569 voetnoten te lang om hier op te nemen. Volg de URL. In
een bijlage wordt hier, door Tegenwicht, gepoogd de kern ervan in beduidend minder woorden,
waarmee de schrijfster dankbaar instemde, weer te
geven:
Conclusies
Het
huidige neoconservatisme in Nederland steunt op een simplistisch gedachtegoed en
is intern verdeeld over wat conservatisme nu eigenlijk is en welke concrete
politieke uitwerking dit zou moeten hebben. Er zijn in feite slechts enkele
woordvoerders die zich wel voortdurend laten horen. Dit kunnen zij doen door de
publicatiemogelijkheden die een professoraat in Leiden en een vaste column in
een krant biedt. Men publiceerde veel, maar de lezer leest veel van
hetzelfde.
De politieke uitwerking vindt plaats in enkele kleine nieuwe
rechtse partijen die niet tot samenwerking konden komen en die hooguit enkele
zetels kunnen behalen. Een daarvan is de "Partij voor de Vrijheid",
met een programma dat grotendeels bestaat uit strenge verboden, dus
onvrijheden.
De
Edmund Burke Stichting heeft een kortstondige bloei gekend, hierbij geholpen
door met name Amerikaans kapitaal. De kapitale fout van directeur Bart Jan
Spruyt was om zich aan te sluiten bij de partij van Geert Wilders, die van De
Vrijheid met haar programma vol onvrijheden. Dit betekende het einde van de
kortstondige bloei en van het Amerikaanse kapitaal.
Het
neoconservatisme in Nederland is gebaseerd op angst, vooral angst voor 'het
vreemde', in het bijzonder 'de' islam, die men reduceert tot de orthodoxe tak
ervan. Men vergroot het negatieve van de islam en stelt daar tegenover een in
het positieve uitvergrote Westerse Beschaving die men bedreigd ziet en wil
redden. Zoals alle conservatieven is men voor een streng seculiere, kleine doch
machtige overheid met een beperkte taak, die met strenge wetten en straffen
wordt uitgevoerd. Men verzet zich sterk tegen 'de jaren zestig', hoezeer men de
kenmerken daarvan ook zelf draagt, en tegen
cultuurrelativisme en multiculturaliteit en andere vormen van pluraliteit. Het resultaat
is een opgelegde monocultuur.
Men
beroept zich ten dele op De Verlichting, met name op Voltaire, maar is hier zo
eenzijdig in dat men belangrijke verworvenheden van dezelfde Verlichting teniet
wil doen. Men verzet zich tegen de Romantiek, maar koestert intussen door en
door romantische ideeën als 'identiteit', 'nationaliteit', 'nationale
identiteit' en persoonlijke deugdzaamheid, eer en moed.
De
ideeën zijn in hoge mate Fortuynistisch en in toenemende mate populistisch. Dus
beperkt, slecht onderbouwd, simplistisch en irrationeel.
Het
resultaat van dit ideeëngoed, indien uitgevoerd, zal zijn versterkte
segregatie, tweedeling van de samenleving in een 'wij' en een 'zij', dus
toenemende irritatie en frustratie aan de zijkant, dus vermoedelijk een
toenemen van radicaliteit in dat deel van de samenleving. Men roept op wat men
wil bestrijden.
Daarom
dienen deze ideeën verworpen en bestreden te worden.
Veel
mensen doen dit, al zien we, herfst 2006, kort voor de verkiezingen op 22
november, het merkwaardige verschijnsel optreden van
Het conservatisme.nl
blijkt toch wel wortel geschoten te hebben, wellicht mede dankzij het simplisme
ervan, de populistische stijl van de politici en het simplisme van de slechts tv
kijkende bang gemaakte, onzekere dus zwevende kiezer, die meer stemt op een
persoon zoals die op de televisie kort voor de verkiezingen overkomt dan op
grond van een kritisch gelezen en overdacht programma.
Inderdaad, zo bleek na de verkiezingen van 22 november 2006:
"Wel wel, nu heeft Nederland toch nog een neoconservatieve partij
gekregen in de vorm van de negen zetels voor de Partij voor de Vrijheid van
Geert Wilders. Nog onlangs schreven wij dat de kans hierop gering was gezien
de versnippering op neoconservatief.nl. Geen opiniepeiler had het ook
voorzien."
Zie onze weblog # 71, van 25 november 2005: "Polarisatie
en angst; Nu het stof van de campagne en de verkiezingen is opgetrokken,
maken we de balans op".
Democratie echter zou
iets anders moeten zijn dan populisme en simplisme.
Achtergrond, Bronnen en Lees
Meer
De volgorde is chronologisch: van
|
"Het conservatieve moment is gekomen" in
2001, tot en met |
|
"Het conservatieve moment is voorbij". in
2006. |
|